719
22 APRIL 1976
enige tijd vergen en vervolgens kunnen wij er dan
in de commissie onderwijs op terugkomen.
Wat is nu eigenlijk zeker? Ik kan u toezeg
gen dat ik alles op haren en snaren zal zetten om
de noodaccommodaties in Breda-West bij de start
van het nieuwe schooljaar gereed te doen zijn. Ik
zal u ook zeggen waarom ik dat doe. Ik vind dat
wijals wij besluiten het openbaar kleuter- en
basisonderwijs ter plaatse present te stellen,
dat nü moeten doen. Daar ben ik een fervent voor
stander van en ik beloof u dat al het mogelijke
zal worden gedaan om dat inderdaad te realiseren.
Wij zijn daarbij natuurlijk wel van een paar din
gen afhankelijk die ook deze wethouder niet in de
hand heeft. Allereerst is er de vraag waar de
noodaccommodaties moeten komen; dat is een kwes
tie die de volgende week nader wordt besproken.
Bovendien zijn wij afhankelijk van de vraag, hoe
prijzen, kwaliteiten etc. van de noodaccommoda
ties naar voren komen. Er zal door de raad een
krediet gevoteerd moeten worden en dan is het wel
kort dag, maar naar mijn overtuiging moet het ge
lukken om de noodaccommodaties, zeker voor wat
het kleuteronderwijs betreft, bij de aanvang van
het schooljaar of enkele weken later in Breda-
West gereed te hebben. Zekerheid kan ik u niet
geven; ik kan u alleen beloven dat er mijnerzijds
al het mogelijke aan zal worden gedaan om de zaak
op tijd te klaren.
Op de kwestie van de nieuwe wijken zullen
wij nog wel eens nader terug moeten komen. Wij
streven naar een situering die de beste keuze-mo
gelijkheid voor de ouders garandeert. Ik heb de
indruk dat er met het oog op de afstand eventueel
wat moeilijkheden zouden kunnen ontstaan, maar ik
kan dat nog niet helemaal overzien. Ik wil u ook
geen toezeggingen doen die veel mooier lijken dan
zij in werkelijkheid misschien zijn. Als men
vraagt of ik een enquête wil houden zoals de
werkgroep dat heeft gedaan, zou ik die vraag ont
kennend willen beantwoorden. Het klinkt misschien
