72
19 JANUARI 1976
voorgesteld staat dat de notulen aan de leden wor
den toegezonden en bij het secretariaat van de com
missie voor een ieder ter inzage liggen. De heer
Oomen wil nu bij amendement het voor een ieder ter
inzage leggen wijzigen in het toezenden aan de le
den van de raadscommissie, maar ik meen dat het een
werkafspraak kan zijn dat iets dat ter visie ligt
ook zal worden toegezonden. Dit punt zou door mid
del van een normale werkafspraak in de commissie
kunnen worden geregeld. Ik geloof dat het niet op
de weg van de raad ligt over dergelijke kwesties
te gaan besluiten.
De VOORZITTER: Gelet op de zorg die wij hebben
voor een tijdige besluitvorming van de raad zodat
geen andere belangen worden geschaad, stel ik de
raad voor de beslissingen te nemen die hem zijn voor
gelegd. Het lijkt mij goed ieder voorgesteld besluit
afzonderlijk in stemming te brengen, terwijl er
misschien over bepaalde besluiten eenstemmigheid
zal heersen. Ik zal de volgorde van het resumé van
het preadvies in acht nemen.
Op blz. 6 van het preadvies treft u een voor
stel aan tot instemming met de uitgangspunten, dat
zojuist nog apart op uw tafel is gelegd.
De heer OOMENUit de betogen van de heer Hen-
driksen en van mij zal zijn gebleken dat wij hier
niet mee kunnen instemmen. Wij zouden graag zien
dat dit concept-besluit in stemming werd gebracht.
Vervolgens wordt het voorstel BIJLAGE Ia bij
bijlage nr. 5 in stemming gebracht en met 24 tegen
13 stemmen aangenomen.
VOOR hebben gestemd: de heren Van Dun, Van As-
seldonk, Van den Wijngaard, Geene en De Raaff, me
vrouw Van Rooij-Van den Heuvel, de heer Lambregts,
mevrouw Koek-Van Merkom, de heren Taks, Sandberg,
Van Duijl, Van Dongen, Kramer, Eissens, Ten Wolde,
Broeders, Van Banning, Goos, Van Graafeiland,
Koertshuis, Suurmeijer, Veelenturf, Dees en Gielen.