76
19 JANUARI 1976
C.g. Brief Raad van Overleg van Jeugd- en Jon
gerencentrum Breda d.d. 23-12-1975.
Veel aanwezigen bij de openbare vergade
ring verklaarden zich tegen een taptoe.
De leden van de Raad van Overleg stellen
de vraag of er in het kader van de finan
ciële mogelijkheden geen belangrijkere
zaken zijn o.a. in de sector jeugd- en
jongerenwerk.
De heer KAARSEMAKER: Ik constateer dat er voor
alsnog bij de raadsleden weinig animo bestaat om
het woord te voeren en gezien het enthousiasme waar
mee men zich nu op de taptoe wil werpen geloof ik
dan ook niet dat daar zo erg veel behoefte aan be
staat. Ik zal dan nu de spits maar afbijten; mis
schien kunnen daar reacties op komen.
In de eerste plaats het volgende. Ik wil graag
de sfeer in deze raad verbeteren en als er over het
college iets positiefs te vertellen valt wil ik dat
niet nalaten. De vorm waarin het voorstel inzake de
taptoe gegoten is in het bijzonder ten aanzien
van de verslaggeving van de discussie in de commis
sie algemene zaken doet mij tot de conclusie ko
men dat het vooruit gaat.
Ik zou erop willen wijzen dat de taptoe een
politieke zaak is waarover een politieke strijd kan
worden gevoerd. Het argument dat de standpunten
van de progressieve partijen en van de V.V.D./C.D.A.
-meerderheid in deze raad in wezen niet zo ver uit
elkaar liggen maar dat om praktische redenen het
stemgedrag wel eens tegenovergesteld is, gaat deze
keer niet op. Het gaat hier om een open zaak: wij
kunnen een beslissing pro en een beslissing contra
nemen. Als wij tegen de taptoe zijn heeft dat geen
enkele consequentie voor afspraken die wij in het
verleden hebben gemaakt, of voor activiteiten bui
ten de taptoe die in de toekomst onmogelijk zouden
worden
Er dient dus vanavond een werkelijk politieke
beslissing te worden genomen. Hoewel ik geen politi-
