26 APRIL 1976
775
uitnodiging van de federatie vakbeweging naar een
lezing van de heer Wentink gegaan. Deze heeft ons
nog eens goed met de neus op de problemen gedrukt
en gezegd hoe zorgelijk de huidige situatie ei
genlijk is. Hieraan moest ik denken, toen ik van
avond de heer Dreef hoorde spreken. Hoewel hij een
politiek opponent van mij is, moet ik voorop stel
len dat ik uiteraard zijn zorg voor de werkgele
genheid buitengewoon waardeerWanneer ik echter
enkele grepen uit zijn betoog doe -- ik ben blij
dat hij na mij zal spreken --, constateer ik dat
hij onder meer zelf over een internationale econo
mische crisis heeft gesproken. Hij heeft erop ge
wezen dat ook. het E.T.I.N. tot de conclusie komt
dat de industrie een belangrijke factor moet blij
ven. Voorts heeft hij gezegd dat de grote bedrij
ven zich nauwelijks meer vestigen en dat wat hem
betreft gerust een groot staalbedrijf mag komen.
Daarnaast moet zijns inziens echter worden bedacht
dat ook voorwaarden dienen te worden gesteld op
het gebied van een goed sociaal klimaat, een soci
aal statuut en de mogelijkheid tot part-time-ar-
beid. De gemeente moet er naar de mening van de
heer Dreef voor oppassen dat Breda geen klerken-
stad gaat worden, terwijl de soort arbeidsplaatsen
moet worden afgestemd op de overloopgroep.
Als ik dit alles zo hoor, is mijn reactie
dat dit met een enkele uitzondering waar ik
straks op terugkom stuk voor stuk waarheden als
koeien zijn. De samenhang die vervolgens aan de
orde komt, geeft mij echter het gevoel dat men ons
iets zou kunnen verwijten, terwijl ik uit persoon
lijke ervaring weet dat ik krachtens de mandaten
die ik van de gemeenteraad heb gekregen, vele ma
len per maand bij de problematiek van de werkgele
genheid wordt betrokken. De situatie stemt ons
allen tot zorg, maar het is bepaald niet zo dat
wij maar een kik hoeven te geven en dat er dan een
bedrijf komt aanrennen dat zich graag in Breda
vestigt. Dit klopt ook niet met de opmerking dat
er toch eigenlijk een internationale zo niet