26 APRIL 1976
783
over dit alles geruststellende woorden te horen
krijg.
Over de werkgelegenheidsproblemen die met de
overloop samenhangen is de laatste tijd en ook al
eerder uitvoerig gesproken. Ons probleem blijft
dat men door de eigen stad min of meer als een
zeer geschikte groeistad op te werpen de werkge
legenheidsproblemen in de eigen regio verergert.
Dat is het enige dat ik er op dit ogenblik over
kwijt wilde.
Vervolgens iets over het gewestelijk overleg.
Volgens de wethouder zou het eigenlijk niet moge
lijk zijn in dit soort gevallen gewestelijk over
leg te plegen en op overeenstemming te wachten,
aangezien men dan de boot al lang zou hebben ge
mist. Dat is één kant van de medaille. Er is op
het ogenblik inderdaad geen duidelijk bestuurlijk
kader, hetgeen trouwens mede door Breda komt.
Wanneer bijvoorbeeld in het stadsgewest een dui
delijker reactie op de gewestelijke knelpuntenno
ta zou zijn gekomen, waren wij wellicht al een
stapje verder. Erger nog is het volgende. Als er
geen gewestelijk overleg en geen gewestelijke af
spraken zijn, heeft Breda bijzonder weinig in
strumentarium in handen om alles wat het zich als
taak stelt te gaan verwezenlijken. Er is een
groot probleem in verband met het instrumentarium
dat men gaat hanteren om aan zijn eigen doelstel
ling vorm te geven. Wanneer wij inderdaad met bij
voorbeeld ik noem maar een dwarsstraat Ber
gen op Zoom en Roosendaal in een soort concurren
tiepositie zouden komen te verkeren, hebben wij
weinig mogelijkheden om in die concurrentie een
bepaald instrumentarium te gaan hanteren. Naar
ik rrieen heeft de St.A.R. er in dit verband op ge
wezen dat men kantoren, behorend bij industrieën
bij Moerdijk of bij de grotere industrieën die in
gewestelijk West-Brabant komen, logischerwijs
hoofdzakelijk in die omgeving zal willen lokali
seren. Wanneer wij geen gewestelijke afspraken
hebben, kunnen wij vele nota's schrijven en op