804
26 APRIL 1976
voorstel van het college dat enige maanden geleden
is behandeld. In dezelfde zin zou ik thans mijn
betoog willen afronden. Ik zou een verzoek willen
doen, waarvoor men naar ik heb begrepen in de com
missie voor algemene zaken wel "oor" had. Als wij
met de thans voorgestelde commissies ex artikel
61 en ex artikel 62 starten, zou er mijns inziens
een mogelijkheid moeten zijn om deze democratische
vormen te evalueren en op hun zinvolheid te toet
sen. Op die manier kan worden voorkomen dat het
provinciaal opbouworgaan constateert dat allerlei
raden niet de inhoud hebben kunnen krijgen die
zij hadden willen krijgen, maar kunnen deze demo
cratische organen ook werkelijk de rol vervullen
die wij ze als stadsbestuurders zouden willen toe
zeggen. Ik zou de wethouder met grote aandrang
willen vragen of hij een toezegging zou kunnen
doen, inhoudende dat in de toekomst een soortge
lijke evaluatie als van de commissie voor de Hoge
Vucht mogelijk zal zijn.
De VOORZITTER: Het lijkt mij het beste thans
eerst te pauzeren. Ik schors de vergadering.
PAUZE
De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering.
Aan de orde is voortzetting van de behandeling
van:
35. bijlage nr. 129.
PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OVER
DE NOTA VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OVER
DE TE REALISEREN WERKGELEGENHEID IN DE KANTO
RENS ECTORG+vD
De VOORZITTER: De raad zal thans een uit
spraak moeten doen over de motie en het amendement
die door de fracties van P.v.d.A. en P.P.R. zijn
ingediend.
De heer SUURMEIJER: De motie en het amende
ment zijn ingediend na de sluiting van de beraad
slaging en hebben daardoor geen onderwerp van