838 26 APRIL 1976 toogd is dat men het raadslidmaatschap kan verge lijken met de functie die de heer Kramers straks krijgt en nu in feite al heeft, in een van de raad afgeleide bevoegdheid. Het is naar onze mening niet juist de functie die hij nu in de partijpoli tiek heeft, daarop te stapelen. Mijnheer de voorzitter. Ik heb begrepen dat u van mening bent dat voor de enkelvoudige voor dracht onder B geen stembriefjes hoeven te worden uitgedeeld. De constructie is in dit geval enigs zins eigenaardig, aangezien A en B in één besluit worden samengevat, terwijl in het ene geval wèl maar in het andere niet zal worden gestemd. Dit vormt voor ons een probleem. Met betrekking tot A hebben wij er geen moeite mee aan de stemming deel te nemen, maar over de vacature onder B zouden wij graag schriftelijk willen stemmen, zodat wij de mogelijkheid hebben om via die schriftelijke stemming ons oordeel over B uit te spreken. De heer VEELENTURF: Als lid namens de raad van de sportstichting zou ik het betreuren als de heer Kramers niet unaniem door de raad werd her benoemd. Naar ik meen vervult hij zijn functie buitengewoon goed en objectief. Bovendien dit aan het adres van de heer Crul meen ik dat alle leden van de sportstichting bij deze kandidaat stelling duidelijk de wens hebben uitgesproken dat de heer Kramers, zeker met het oog op de omvorming van de sportstichting tot de Sp.A.R.deze functie nog voor de komende periode van vier jaar zou blijven vervullen. De VOORZITTER: In eerste termijn heb ik ge sproken over de procedure en over het verschijnsel van de enkelvoudige voordracht dat zich wel eens vaker voordoet. Wanneer zulks wordt verlangd, ligt het geheel en al in de rede om twee keer schriftelijk te stemmen. Nadat met de reeds aan wezige stembriefjes is gestemd, zou dan een tweede stemming over herbenoeming moeten worden gehouden, hetgeen met blanco briefjes zou moeten gebeuren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 838