893 20 MEI 1976 ogen van de C.D.A.-fractie belangrijker. Welnu, natuurlijk is dat een keuze. De voorzitter heeft dan ook gezegd dat men prioriteiten heeft laten gelden en dat men de taptoe van zó groot belang acht, dat hij voorrang heeft boven alle activitei ten die men tijdens de begrotingsbehandeling heeft moeten laten vallen en boven de belangrijke voord stellen die wij hebben ingebracht. De VOORZITTER: Zoals u het stelt, heeft de voorzitter het niet gezegd, maar gaat u door. De heer GEENE: Ik had willen interrumperen op het ogenblik dat de heer Crul zei dat wij geen bedrag van 1,voor ontwikkelingshulp over zou den hebben. Kent de heer Crul de inhoud van het "stuwmeer" dat op het ogenblik in Den Haag ligt te wachten om te worden uitgegeven? Als de minis^ ter zich het apezuur zoekt naar geschikte project ten, wat heeft het dan voor zin daar nog 1,-*- per inwoner aan toe te voegen? De heer OOMEN: Haalt u uw schoolgeld terug' De heer CRUL: Dit is typisch een interruptie van het C.D.A.als de heer Geene hier tenminste het standpunt van de C.D.A. verkondigt. Tijdens de begrotingsbehandeling hebben wij duidelijk ger zegd dat er met betrekking tot de bewustwording op dit gebied van de samenleving ook plaatselijke initiatieven moeten worden genomen. Er is een plaatselijke verantwoordelijkheid op dat gebied. Welnu, u vindt dat de taptoe belangrijker is. Dat is uw keuze, maar die moet dan niet worden afge^ daan met de opmerking dat er geld genoeg in Den Haag is. Ten eerste is de uitleg die u geeft niet juist en ten tweede hebben wij in Breda op dat gebied een duidelijke verantwoordelijkheid. Ik wil vervolgens nog enkele opmerkingen over het ministerie van C.R.M. maken. Staatssecretaris Meijer heeft in Breda uitdrukkelijk gezegd dat zich in'zijn portefeuille financiële moeilijkhe^- den voordoen en dat ook daar de broekriem moet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 893