20 MEI 1976 940 onderdeel van de stadsautoweg gaan vormen. Wij hebben er bezwaar tegen dat met een onderdeel van die stadsautoweg een begin wordt gemaakt zonder dat wij het hele plan kennen of hebben beoordeeld. Het verkeerscirculatieplan ligt al een jaar ach ter op het schema en zal vermoedelijk pas in de cember van dit jaar in de raad aan de orde komen. Het is niet duidelijk of het kruispunt bij de Ploegstraatdat al eens is gereconstruceerd, op nieuw moet worden gereconstrueerd, terwijl ook geen duidelijkheid bestaat over het tracé en het verkeersaanbod van de Markdalweg, die voor een deel met dit parcours samenhangt. Vervolgens is het niet duidelijk of de Tuinzigtlaan wordt door getrokken, terwijl die een onderdeel van deze zo genaamde nieuwe tangent zal zijn. Het is ook niet duidelijk op welke manier de Zuidelijke Rondweg in de toekomst zal gaan functioneren en of de Singels inderdaad als kleine tangent zullen gaan functioneren; tot dusverre is daarover geen be sluit gevallen. Wij vrezen dat de woonwijken in de nabijheid van de Beverweg en de De la Reijweg onleefbaarder zullen worden, dat de scholen en winkels moeilijker bereikbaar zullen zijn en dat het aantal ongelukken daar zal gaan toenemen door hogere snelheden van het verkeer. Het college heeft kennelijk nog te weinig geleerd van de slechte ervaringen met zo'n stadsautoweg, namelijk de Noordelijke Rondweg in Breda-noord, de andere in het voorstel genoemde tangent. Wij zijn derhalve van mening dat dit voorstel inhoudelijk gezien slecht en kortzichtig is voor wat betreft het in eikaars verlengde leggen van de Beverweg en de De la Reijweg. Vervolgens is het onvoldoende onderbouwd wat de bevordering van de verkeersveiligheid betreft. Financieel gezien is er sprake van een riskant avontuur dat volgens de huidige maatstaven minstens 1,5 miljoen zal kosten en de procedure is niet democratisch. De heer LAMBREGTSIn tegenstelling tot wat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 940