24 JUNI 1976 977 treden, terwijl het afgevoerde vuil van Breda pla nologisch gezien zeker de eerstkomende vijf of zes jaar op deze plaats zal moeten worden gestort om dat er geen alternatieve oplossing op een andere plaats mogelijk is. Met het oog op voornoemd tijds- verlies en gezien het feit dat het contract duurder zal worden, zien wij op dit ogenblik geen aanlei ding om het contract op grond van informatie van de kant van Nieuw-Ginneken hedenavond niet te behande len. De heer CRUL: De heer Van den Wijngaard heeft een vrij summiere reactie gegeven, zodat wij graag nog even zouden vernemen wat de C.D.A.-fractie van ons ordevoorstel vindt. Onze argumenten komen op het volgende neer. Natuurlijk hebben ook wij zorgen over de vuil verwerking, zoals wel zal blijken als dit onderwerp in de raad aan de orde komt. Als echter een bevrien de nabuurgemeente in de vorm van een door de raad aangenomen motie een uitspraak doet, spreekt het naar onze mening vanzelf dat er gelegenheid wordt gegeven een en ander rustig te bekijken en er een oordeel over te vormen. De heer TEN WOLDE: Ik heb niet gezegd dat wij over de motie die in de raad van Nieuw-Ginneken is aangenomen, niet zouden willen spreken. Ik heb al leen gezegd dat de termijn waarop de motie betrek king heeft, langer is dan de termijn waarvan in het contract sprake is. De door de gemeenteraadsleden van Nieuw-Ginneken ter tafel gebrachte argumenten wil ik wel degelijk in overweging nemer, De heer CRUL: Maar u hebt gezegd dat er in de motie en in de beraadslagingen van Nieuw-Ginneken eigenlijk niets nieuws naar voren is gekomen, maar dat is nu juist wèl het geval. Essentiële dingen als de duur en de opzegbaarheid van het contract zijn aan de orde geweest en wij zijn van mening dat men daarover in alle rust in de fracties moet kun-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 977