15 SEPTEMBER 1977 1003 met onze beide benen op de grond moeten blijven staan. Er zijn in Nederland rond het vraagstuk van de privacy landelijke commissies ingesteld en uit voerige rapporten uitgebracht, terwijl ook van rijkswege op bepaalde momenten voorschriften wor den gegeven. Waar het nu om gaat en waarop wij in vloed kunnen uitoefenen is de feitelijke gang van zaken bij het computercentrum van de gemeente Bre da. Wij hebben daarover geen geheimen en wij zijn ook bepaald niet terughoudend in dit soort zaken, maar wij hebben wel gezegd dat men van ons op dit moment geen studie moet vragen. Er zijn landelijke commissies die diverse vraagstukken bezien. Voorts hebben wij meegedeeld hoe de feitelijke regeling bij het computercentrum is, wat is vastgelegd in een gemeenschappelijke regeling en wat is vastge legd in de basisovereenkomst met het N.W.B. Een en ander moet voldoen aan door het rijk te stellen eisen en bovendien is de regeling mede opgezet door het stafbureau automatisering van het verifi catiebureau van de Vereniging van Nederlandse Ge meenten, welk bureau bovendien toezichtuitoefent op de uitvoering. Ik heb dit alles meegedeeld, terwijl voorts nog bekend is dat niemand bij de gegevens kan komen, tenzij men voldoet aan de voorschriften die daarvoor gelden. Ik zal die voor schriften nu niet gaan verklappen, want dat lijkt mij ten aanzien van de uitvoering niet al te ver standig. Naar mijn overtuiging kan de bescherming van de gegevens nu veel beter zijn dan vroeger, wat overigens ook de overtuiging van het stafbu reau automatisering van het verificatiebureau van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten is. Ik vraag mij daarom af waarom wij op dit moment op deze kwestie zouden moeten gaan studeren, die ui teraard wél belangrijk is, maar dat is ook niet ontkend. Wij moeten ook de voorschriften van de rijksoverheid voor de centrale personenadministra- tie meenemen bij de ontwikkeling van de automati sering, die volop gaande is. De belangrijkste vraag is op dit moment of wij in het kader van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1003