1029
19 SEPTEMBER 1977
de Spoorbuurt nu al bekend, maar er zullen er on
getwijfeld meer zijn. We waren helaas niet in
staat met de andere comité's te overleggen om na
te gaan of deze aanpak geschikt is voor de andere
buurten in de binnenstad. Bij de behandeling van
de ordevoorstellen hebben we daarover al het
nodige gezegd.
Ik wil vervolgens iets zeggen over punt b.
van het conceptbesluit, waarin wordt voorgesteld
in te stemmen met de in "het preadvies van burger
meester en wethouders aangegeven uitgangspunten
van inspraak en participatie (niet in formele zin)
van de direct betrokkenen". Daarmee wordt bedoeld
dat men de mogelijkheid van artikel 61 van de ge
meentewet uitsluit. We hebben daar erg veel moei
te mee en we vinden het ook erg vreemd dat het
college in dit opzicht is afgeweken van het ambte
lijk advies dat was neergelegd in het "lichtbrui-
ne boek". Vandaar dat wij er behoefte aan hebben
een poging te doen door middel van een amendement
het collegestandpunt te wijzigen in het standpunt
zoals dat in het "lichtbruine boek" is geformu
leerd.
De heer Houben dient vervolgens een amende-
ment in dat als volgt luidt:
"Amendement no. 1 bij agendapunt 42, bijlage
328 inzake het sociaal plan voor de Spoor
buurt
De raad van de gemeente Breda, in vergadering
bijeen op 19 september 1977 besluit om bij
besluit b van bovengenoemd preadvies
- de zinsnede "en het preadvies van burge
meester en wethouders aan
gegeven uitgangspunten van
inspraak en participatie
(niet in formele zin) van
de direct betrokkenen" te
schrappen;
- en daarvoor in de plaats te stellen
"en de daarin (i.e. het