28 SEPTEMBER 1977
1084
huurpolitiek in den lande er niet toe heeft bijge
dragen dat de bewoners eraan gewend 2ijn geraakt
een reëel stuk van hun inkomen, namelijk 15 tot
20 aan het wonen bij te dragen.
Tegen deze min of meer historische achtergrond
speelt de behandeling van deze nota zich nu af. Ik
heb het verwijt gehoord -- het is vanavond weer
naar voren gekomen -- dat de nota een zakelijk-fi-
nancieel karakter draagt, maar ik zou denken dat
dit de enig juiste benadering is. Onderhoud en op
knapbeurten vergen geld en hebben consequenties
voor het gemeentelijk budget. Om te illustreren
dat we al geruime tijd op het gebied van het op
knappen werkzaam zijn wijs ik erop dat er van de
1.050 vooroorlogse woningen op dit ogenblik 496
gerenoveerd zijn, terwijl er 209 een tijdelijke
instandhoudingsbeurt hebben ondergaan; in voorbe
reiding zijn plannen voor 264 woningen en 83 wo
ningen moeten nog in uitvoering worden genomen.
Terwijl in de eerste complexen in redelijk
overleg met de bewoners en op basis van een tevo
ren overeengekomen huurverhoging werd gerenoveerd,
werden wij er vanaf 1 juli 1975 mee geconfronteerd
dat volgens de nieuwe rijksregeling een huurverho
ging moest worden betaald van 2,5 van het in to
taal in het onderhouds- en het verbeteringsplan
geïnvesteerde bedrag. Een zelfde huurverhoging
geldt voor de bewoners van de naoorlogse complexen
als er groot onderhoud en woningverbetering worden
uitgevoerd. Hier ligt het knelpunt: in vele geval
len wensen de bewoners geen huurverhoging te beta
len of eisen zij alleen onderhoud, waaruit dan
geen huurverhoging zou voortvloeien. Zij moeten
daarbij echter wêl in het oog houden dat na het
onderhoud een aantal gemiste huurverhogingen moet
worden betaaldhetgeen we hebben er in de com
missievergadering naar gevraagd in sommige ge
vallen op het inhalen van drie gemiste huurverho
gingen neerkomt, waarmee 18 of zelfs 21 gemoeid
is
Ten aanzien van een ander geval, waarin wordt