28 SEPTEMBER 1977
1088
verlangens te luisteren en er "ja" op te zeggen
als we weten dat zij niet reëel zijn; We moeten
de moed hebben te durven zeggen wat er niet kan.
De VOORZITTER: Dames en heren. De tekst van
de door de heer Crul ingediende motie is zojuist
uitgereikt, maar kon nog niet in de beschouwingen
worden betrokken. Het lijkt mij nuttig na de beto
gen in eerste termijn van de kant van de raad
even te pauzeren, opdat de motie goed kan worden
bekeken
De heer VAN ASSELDONK: Als lid van de commis
sie openbare werken ben je als de tijd het toelaat
nogal eens "in de wijk", zoals dat heel professio
neel wordt genoemd. Je wordt gevraagd voor bespre
kingen met bewonerscomitésalleen of samen met
collegae-raadsleden en ambtenaren. Je gaat mee op
een werkbezoek van de wethouder en zijn staf en
steeds weer tijdens en na zo'n bespreking bekruipt
je het angstige en bange gevoel dat je er maar
zo'n beetje tussenin zweeft. Voortdurend heb je te
maken met problemen, ontstaan in een uitvoerings
fase, terwijl je je als raadslid feitelijk veel
meer met het beleid bezighoudt. Dit roept een aan
tal vragen bij je op waar je mee bezig bent en die
je, als je dat zou willen, misschien gemakkelijk
zou kunnen wegwuiven door het uitsteken van de be
schuldigende vinger in de één of andere richting.
Toch moet je daar bij deze zeer moeilijke en tere
problematiek mee uitkijken en wel omdat het hier
een heel complexe materie betreft.
In de eerste plaats willen wij stellen dat
waar wordt gewerkt fouten kunnen worden gemaakt,
hoe jammer dat ook is. Niemand van ons is volmaakt.
Waar mensen moeten samenwerken om samen iets te
bereiken, zullen er heus wel eens harde woorden
vallen, zal er, hoe zeer dat ook te betreuren is,
wel eens verkeerde, eventueel onvoldoende informa
tie worden gegeven en zal iets soms verkeerd wor
den begrepen: allemaal aanleidingen tot conflic
ten. Het is dan ook bijzonder belangrijk dat bij