28 SEPTEMBER 1977 1134 De heer VAN DUIJL: Toen de wethouder aan het woord was, heeft de heer Kaarsemaker op een gegeven ogenblik gezegd dat hij aan het adres van andere partijen nog iets wilde zeggen ten aanzien van een voorstelling van zaken waarbij anderen met zijn ge- dachtengang aan de loop gingen. Hij zei dat op een wat vreemde manier. Ik heb aandachtig zitten luis teren, maar ik heb hem die punten niet horen aan geven en ik zou ze graag alsnog willen horen. De heer KAARSEMAKER: De opmerkingen die ik naar aanleiding van de houding van wethouder Van Dun had willen maken, heb ik achterwege gelaten; daartoe behoorde ook de punten waar de heer Van Duijl nu om vraagt. Ik heb overigens niet bedoeld welke fractie dan ook een verwijt te maken, want ik vind het zelfs zeer prettig als andere fracties mijn ideeën overnemen. Dat gebeurt veel te weinig en ik houd mij er van harte voor aanbevolen.' De heer VAN DUIJL: Dat is een illusie Mevrouw MUNTJEWERFF-VAN DEN HUL: Ik wil nog even terugkomen op mijn voorstel tot het doen ver vaardigen van een onderhoudsdraaiboek dat eens per kwartaal aan de raad ter bespreking zou moeten wor den aangeboden. Hoewel de wethouder dit denkbeeld energiek van de hand heeft gewezen, heeft hij on derkend dat er een problematiek is. Er moet naar zijn mening een kader komen waarin incidentele klachten gehoor kunnen vinden. Ik wijs er echter op dat de klachten die ik heb geciteerd, afkomstig zijn uit een klachtenlijst die in totaal vijf ge tikte vellen beslaat, zodat ik niet meer van inci dentele klachten zou willen spreken. Juist daarom hebben wij gezegd dat er kennelijk niet goed op de klachten wordt ingespeeld, met als conclusie dat de gemeente bij de afhandeling ervan dient te wor den ingeschakeld. Een andere suggestie van mij hield in dat aan de bewoners een kopie van de door de dienst open bare werken uitgeschreven reparatie-opdracht zou

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1134