1155
28 SEPTEMBER 1977
moeten leren inschieten op bepaalde situaties. Het
valt dan ook te betwijfelen of ik de indruk heb
gewekt dat er niets aan de hand is. Ook is het
niet waar dat de raad bij de gang van zaken is be
trokken toen het fout zat. Ik geloof niet dat zich
op het ogenblik een calamiteit voordoet van een
orde van grootte waardoor we allemaal verontrust
moeten zijn. Het gehele proces, van 1970 tot op
dit ogenblik, is gepaard gegaan met vallen en op
staan en met fouten die we met z'n allen hebben
gemaakt. Het is heel goed dat we vandaag eens bij
elkaar zijn om daarover te praten, maar we moeten
niet zeggen dat er een extra vergadering van deze
raad wordt gehouden omdat het fout zit.
Het is natuurlijk interessant met 30 mil
joen te schermen, maar waar gaat het om? De ge
meente heeft de zeer merkwaardige plicht om huizen
die vlak na de oorlog op verantwoorde wijze tot
stand zijn gekomen maar die slecht zijn gebouwd
ik zou bijna zeggen: een zootje ongeregeld
in stand te houden en er werkzaamheden aan te ver
richten die een normale huisbaas niet zou doen
uitvoeren. Het gaat dan inderdaad om globaal 35
miljoen, neerkomend voor huizen van vóór 1955 op
een bedrag van globaal 7.000,per woning en
voor huizen van na 1955 op een bedrag van ongeveer
4.000,per woning. Doordat we zoveel woningen
hebben, wordt het totaal 35 miljoen.
De risicoreserve, waarover de heer Crul heeft
gesproken, is geëtaleerd in het schrijven dat men
vanmorgen heeft ontvangen. Deze reserve is 23
miljoen groot en er liggen voor bijna 2 miljoen
claims op, zodat er nog 21 miljoen besteedbaar
is. Afgezien van het feit dat 21 miljoen niet op
35 miljoen te leggen is, vind ik het een vorm
van bijzonder slecht beleid als je in één keer het
onderhoud wilt aanpakken en in één keer de hele
risicoreserve wilt leegmelken. Als we de problemen
op die manier oplossen, kunnen we met ons krappe
budget calamiteiten niet opvangen. Dit is nu juist
de beperking die ik aan de heer Crul, maar ook aan