13 OKTOBER 1977
1248
en en efficiënt beleid is er misschien iets voor te
e zeggen het voorstel van het college aan te nemen.
Wanneer het gemeentebestuur echter in overleg met
de het museumbestuur een onderzoekscommissie instelt,
n moet het die commissie ook alle mogelijke ruimte
t laten. Om die reden heb ik het college gevraagd
dij het voorstel terug te nemen. Hoewel het opschorten
t- misschien eventjes wat pij-n zal doen, moet men
mo~ door de onderzoekscommissie alle ruimte te laten
s~ proberen tot grotere resultaten te komen. In ieder
geval moet ervoor worden gezorgd dat de persoon-
lijke verhoudingen tussen de mensen die aan het
e~ museum werken niet al te zeer in het gedrang komen,
t Voor mijzelf is dat een belangrijk argument, omdat
or_ het voor de hand ligt dat er adviezen over de ver-
s dere bestuurs- en beheersstructuur zullen worden
de uitgebracht.
dij De wethouder heeft de argumenten genoemd, op
grond waarvan hij van mening is dat het voorstel
e vanavond niet kan worden teruggenomen. Daarbij
heeft hij aangevoerd dat het advies oorspronkelijk
it- op korte termijn werd verwacht, maar dat het op
zich heeft laten wachten. In de huidige situatie
ook de benoeming is immers uitgelopenis even-
r wel te verwachten dat het advies er binnen één a
9e~ 2 maanden zal zijn.Ik zie niet in dat in dat ver
band de benoeming per se vanavond moet plaatsvinden.
Ook heeft de wethouder aangevoerd dat er al-
h lerlei dagelijkse aangelegenheden moeten worden
t geregeld. Nu kan ik mij niet voorstellen dat in al
ns' die maanden dat het bestuur onderbezet is geweest,
hop bepaalde dingen niet zouden zijn geregeld. Het
he- tegendeel is het geval. Het is inderdaad juist dat
er geen gespreksforum is en we zijn het dan ook
aan met de wethouder eens dat er zo'n forum moet komen.
3us In eerste instantie heb ik al gezegd dat we een n
uitbreiding in die zin wel willen accepteren. Een
grotere uitbreiding dan nu per se noodzakelijk is
ste zou echter het gras voor de voeten van de advies
commissie wegmaaien. Tegen die achtergrond heeft,
1 naar ik inmiddels heb begrepen, de heer Gielen een