13 OKTOBER 1977 1258 onderhavige sportcomplex afkomstig is. Het ordevoorstel van de heer Martens wordt hierna in stemming gebracht en met 19 tegen 11 stemmen verworpen. TEGEN hebben gestemd: de heren Van Dongen, Van Duijl, Van Dun, Van Graafeiland, GoosVan den Wijngaard, Brooimans, Ten Wolde,_, Sandberg en Broe ders, mevrouw Van Rooij-van den Heuvel, mevrouw Koek-van Merkom, de heren Visser, Dees, Veelenturf, Van Banning, Suurmeijer, Peeters en Gielen. VOOR hebben gestemd: de heren Dreef, Oomen en Paquaijmevrouw Muntjewerff-van den Hul, de heren Welschen, Martens, Kaarsemaker, Crul, Houben en Hendriksen en mevrouw Giebels-Sprengers (De heren Van Asseldonk, Taks, De Raaff en Koertshuis waren tijdens de stemming niet aanwezig.) De VOORZITTER: Dan komt nu het voorstel van burgemeester en wethouders in behandeling. De heer GOOS: Een vraag die ik had willen stellen over de in het raadsvoorstel genoemde per centages, is door de wethouder reeds beantwoord. Ik heb zelf kunnen constateren dat degenen die van het sportterrein gebruik maken niet voor 60% uit Belcrum komen. Het is mij namelijk een keer gelukt bij avond op het sportterrein aanwezig te zijn en daarbij viel mij op dat drie vierde van de aanwe zigen na afloop van de activiteiten in noordelijke richting vertrok. Nu is het mogelijk dat juist die avond iets voor mensen uit Breda-Noord was georga niseerd, maar het is dan wel toevallig dat er slechts enkelen zijn overgestoken om terug te ke ren naar de Belcrumwijk. Dit kan men aan den lijve ondervinden. De heer MARTENS: Ik vind dit toch natte-vin- ger-werk! De heer GOOSDat kunt u vinden en daar heb ik dan ook helemaal geen moeite mee. Wanneer een laatste stukje groen in een wijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1258