17 NOVEMBER 1977 1335
De heer DREEF: Na jarenlang onderhandelen
over samenwerking cn over de beginselovereenkomst
tussen het Enwa en de Noord-West-Brabant is het
overleg stukgelopen. Het is niet gelukt tot samen
werking in het kader van de beginselovereenkomst
te komen. Onze Federatie vraagt zich af hoe het
mogelijk is dat er geen beginselovereenkomst kan
worden gesloten. De betreffende diensten zitten
onder één kap en men komt elkaar iedere dag tegen.
Voor ons is dit werkelijk onbegrijpelijk. Het in
teresseert ons ook welke krachten van buitenaf
werken om wat een overeenkomst betreft de boot af
te houden. U bent om tot een overeenkomst te komen
zelfs zo ver gegaan dat u onder andere het pomp
station in Dorst bij de onderhandelingen hebt be
trokken. Wij zijn hierbij ook benieuwd naar de rol
van de raad van commissarissen van de N.V. In hoe
verre adviseert de raad van commissarissen de
aandeelhoudersvergadering? Hij beoordeelt het to
tale beleid van de onderneming. De voorzitter van
deze raad heeft ook zitting in de raad van commis
sarissen gehad, doch niet namens de gemeente Breda.
Ook hierover ontvangen wij graag wat meer informa
tie. Het kan toch nooit de bedoeling van de N.V.
zijn het waterbedrijf van het Enwa te liquideren
of is dat toch het geval? Wij willen u vragen of
er via de gemeentelijke vertegenwoordiging in de
aandeelhoudersvergadering alsnog een initiatief
kan worden genomen om tot een overlegsituatie te
komen, want het belang van de Bredase burgers staat
voorop en niet het belang van de aandeelhouders.
Een verlaging van het tarief voor water zou
alleen mogelijk zijn als geheel Breda onder de
concessie van Breda zou vallen, aldus uw reactie
in de commissievergadering. Dit is al gebleken bij
de laatste vaststelling van de tarieven. Breda
ging uit van ongeveer 8% en de N.W.B. wilde tot
15% verhoging overgaan, wat later is teruggebracht
tot 10%.
Onze Federatie kan voor het overige uw nota
onderschrijven. Zet de hap maar in de ijskast en