1346
17 NOVEMBER 1977
boven andere dingen uittorent. De mensen die daar
binnenkomen verkeren in nood en het project waar
mee wij bezig zijn zal ertoe bijdragen dat die
mensen in nood zich nog enigszins gesteund weten.
Men kan die mensen ook in een situatie brengen die
afstoot. Vooralsnog heb ik de vaste overtuiging
dat de ambtenaren in dit nieuwe gebouw beter hun
werk zullen doen en de mensen nog beter en rian
ter, zoals het hun toekomt, zullen ontvangen.
In de commissie hebben wij gehoord hoe snel
men moest handelen. Wij kunnen wel blijven praten
over de argumenten vóór en tegen, maar ik heb het
gevoel dat er op een verantwoorde wijze wordt om
gesprongen met gemeenschapsgelden, die direct en
indirect ten goede komen aan de mensen die vaak
buiten hun schuld in nood zijn gekomen.
Wethouder DE RAAFF: Ik denk dat ik het voor
sommige mensen in de raad nooit goed zal doen. De
heer Van Dongen is geschrokken van het woord
"prestige-object". Ik word niet zo gauw kwaad,
maar als ik nu niet in de raad zat zou ik waar
schijnlijk uit mijn vel springen. Waar haalt de
heer Oomen de euvele moed vandaan om te praten
over een prestige-object? Dat is bepaald een ver
draaiing van de werkelijkheid, zeker als hij dat
woord aan mijn adres richt. Negen jaar geleden lag
er een uitgewerkt voorstel klaar voor nieuwbouw
voor de sociale dienst; dat was op het moment waar
op ik wethouder werd. De bedragen daarvoor waren
in de begroting en in het investeringsplan opge
nomen. Op een gegeven moment werd dat voorstel aan
mij voorgelegd en toen zei ik dat dat mij een pres
tige-object leek en dat dat geen doorgang moest
vinden. Wij hebben bij de behandeling van de be-
groting-1970 daarover gesproken en ik zei bij die
gelegenheid dat dat voor mij niet hoefde, dat het
voor mij wel wat minder kon. Er lagen aan dat voor
stel natuurlijk berekeningen en toekomstverwach
tingen ten grondslag. Wij hebben toen een andere
oplossing gezocht en dat was ook wel nodig. Zoals
u weet zaten wij in een betrekkelijk kleine ruimte