1360 17 NOVEMBER 1977 breiding van het ambtelijk apparaat en een uit breiding van de taken. Inmiddels is het stadsge west echter weer in een periode terecht gekomen waarin het elan weer wat dreigt weg te ebben en de zaken rond het stadsgewest tamelijk mat worden be keken. Opgemerkt is bijvoorbeeld dat het dagelijks bestuur, al was het alleen al qua tijdsbesteding, erg veel moeite heeft de gang van zaken in de hand te houden en duidelijk is ook dat de gemeenten schrikken van de consequenties van het in een der gelijke regeling meedraaien. U hebt dat in het preadvies duidelijk gesteld. Voor ons is in ieder geval ook duidelijk, dat de taken die het stads gewest heeft gekregen de taken in het kader van een gemeenschappelijke regeling feitelijk te boven gaan, waardoor bij de gemeenten nogal wat onduide lijkheid is ontstaan in de zin van "wat moeten wij ermee" en bij de gewestraadsleden de vraag is ge rezen of op deze manier nog wel kan worden gewerkt. Daarover is grote twijfel ontstaan. Over de samen stelling van de gewestraad dat is natuurlijk een gekoppeld punt is dientengevolge de nodige studie verricht en daarover hebben ook nogal wat felle discussies plaatsgevonden waarbij behoorlijk wat tegenstellingen naar voren zijn gekomen. Door dit alles is de gehele gang van zaken bij het stadsgewest uiteraard beïnvloed en dat niet alleen in positieve zin. Het elan lijkt er dus een beetje af te zijn en de meeste gemeenten komen met de opmerking, dat er de eerste tijd maar geconsolideerd moet worden. Dat lijkt wel verstandig, als het tenminste niet ten koste gaat van een aantal heel belangrijke uitgangspunten die aan de wieg hebben gestaan van de regio, zoals die destijds is gevormd en later tot stadsgewest is uitgegroeid. De Partij van de Arbeid en de P.P.R. vinden het erg belangrijk in deze vergadering, nu wij over de nota "Stadsgewest op koers" praten, toch nog eens naar voren te brengen dat naar ons oordeel een intergemeentelij ke samenwerking in deze regio een keiharde noodzaak

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1360