1568
22 NOVEMBER 1977
gehandhaafd. Wij doen wat mogelijk is! Tot slot
nog dit. Ons college verleent loyaal zijn medewer
king om de mogelijkheid van een warmte-krachtcen-
trale in de Haagse Beemden te onderzoeken. Het
uitgangspunt daarvoor is eigenlijk dezelfde zorg
als de heer Van Duijl heeft uitgesproken over de
energievoorziening in de toekomst. Hoewel de rap
portage nog niet gereed is weet ik dat een warmte
krachtcentrale in de Haagse Beemden de mogelijk
heid opent om jaarlijks een besparing van
35.000.000 tot 50.000.000 m"^ aardgas voorwaar
geen kleinigheid en onze inzet dubbel en dwars
waard te realiseren.
Ik kom dan bij de sector cultuur. De heer Van
Duijl zegt dat wij lange en ingewikkelde betogen
over permanente educatie kunnen houden, maar dat
deze toch zullen moeten uitmonden in een daadwer
kelijke aanpak. Niet voor niets begin ik mijn be
antwoording met dit onderwerp; immers, ook mevrouw
Paulussen en de heer Ten Wolde hebben aandacht ge
schonken aan deze materie. Zij brachten het overi
gens in een wat breder kader. Beiden hielpen ook
op hun beurt mee om de spraakverwarring die rond
deze materie heerst nog wat groter te maken. De
heer Ten Wolde sprak over een ontwerp-nota speci
fiek welzijn, een nota die door de Tweede Kamer
zou zijn aanvaard. Mevrouw Paulussen sprak over
een welzijnsbeleid als synoniem van chaos. Zoals
zo vaak ligt de waarheid in het midden. Er bestaat
een rijksbijdrageregeling vormings- en ontwikke
lingswerk en er bestaat een concept-rijksbijdrage
regeling sociaal-cultureel werk, die nog niet door
de Kamer is aangenomen. Na lang aandringen vanuit
het parlement is er nu ook een juridisch kader,
namelijk een voorontwerp voor de kaderwet speci
fiek welzijn waarvan ik verwacht dat het nog wel
jaren kan duren voordat die is aangenomen. Bestuur
lijk gezien is het uiteraard een tamelijk diffuse
toestand en vanuit dat gegeven moeten wij dan vra
gen beantwoorden. In het sociaal-cultureel werk
en in het welzijnsbeleid is ongelooflijk veel in