1578 24 NOVEMBER 1977.
(Middag)
te en dus bij haar eigen belangen te betrekken. De
heer Crul heeft in zijn algemene beschouwing ge
steld dat wij en dus in zijn optiek kennelijk
het college de inspraak negeren, een eigen koers
varen en geen rekening willen houden met de belan
gen van de burgerij. Dat doen wij niet'. Is het ook
hier weer een alleenvertoningsrecht van de federa
tie van fracties? Wordt alleen de toets van de in
spraak aangelegd bij voorstellen die van de kant
van dit college komen? Praktiseert de federatie
van fracties van P.v.d.A./P.P.R. het daadwerkelijk
in eigen kring, wanneer het gaat om voorstellen
die van haar kant komen? Mogen wij dan veronder
stellen dat de direct belanghebbenden en de Bredase
burgerij door deze fracties zijn gehoord? Is het
zo dat bijvoorbeeld de door hen voorgestelde ver
schuivingen van de lasten en de onroerendgoedbelas-
ting, het uitstellen van speeltuinen en de vermin
dering van onze bijdrage in de exploitatie van de
Onze Lieve Vrouwekerk in feite met de Bredase bur
gerij zijn besproken? Is het zo dat bij de drie
projekten daadwerkelijk de door de P.v.d.A./P.P.R.
voorgestelde methodiek van inspraak is geprakti
seerd? Ook hier eist de duidelijkheid voor de kie
zer dat wij niet met twee maten meten. Ook ten aan
zien van de door de P.v.d.A./P.P.R. genoemde ach
terstand in de woonsituatie wordt door de federa
tie een onjuiste voorstelling van zaken gegeven
ten aanzien van ons standpunt. Ook hier engageren
wij ons niet zoals de heer Houben suggereert
met de zorg voor elitaire groepen alleen. Onze
fractie houdt zich bezig met de zorg voor de woon
situatie van alle Bredanaars en niet in de laatste
plaats de reeds eerder genoemde sociaal zwakkeren.
Het is niet voor niets dat onze toenmalige fractie
voorzitter, de heer Van Loon ook lid van het
C.D.A. als eerste in 1970 in de raad de zorg
voor de achterstandssituaties in de sociaal zwak
kere wijken van onze stad onder de aandacht van
het college bracht. Het is niet voor niets dat zo
wel het toenmalige als het huidige college hoge