24 NOVEMBER 1977. 1583
(Middag)
De heer VAN DUIJL: Ik meen daarover zoeven
het nodige te hebben gezegd en ik wil de heer Crul
daarom aanraden goed te luisteren, dan had hij de
ze vraag niet hoeven te stellen.
Het antwoord ten aanzien van de zuidelijke
rondweg vind ik onvoldoende. Ik kan u aankondigen
en ik zeg er dan ook verder niets over dat
de heer Veelenturf bij de hoofdstuksgewijze behan
deling een motie over deze materie zal indienen.
Met betrekking tot de leegstand van kantoor
gebouwen heeft de wethouder in zijn antwoord een
groot stuk van onze bezorgdheid weggenomen. Wij
gaan akkoord met de visie die hij op deze leeg
stand heeft gegeven. De verkoop van industrieter
reinen loopt goed en hier heeft de gemeente daad
werkelijk meegewerkt aan het verkrijgen van een
stukje werkgelegenheid. Al mogen al die bedrijven
dan geen nieuwe vestigingen zijn, met verplaatsin
gen uit de binnenstad is ook het milieu gediend
terwijl ruimte voor andersoortige bebouwing vrij
komt.
In antwoord op mijn opmerkingen over de open
bare orde stelde u maar de cijfers kon u ons
niet geven dat er sprake is van een lichte da
ling en een zekere mate van stabilisering, dus
geen stijging van het aantal misdrijven. Op zich
zou er sprake kunnen zijn van een gunstige ontwik
keling. Ik zeg dat echter wel heel voorzichtig.
Op het ander facet dat ik aan de orde stelde, na
melijk de kleinere vergrijpen, bent u niet of nau
welijks ingegaan. Toch graag uw mening hierover;
wat denkt u hieraan te doen?
Het antwoord van wethouder Broeders was luid
en duidelijk en ik heb daar verder niets aan toe
te voegen.
Wethouder Sandberg was ook duidelijk in zijn
antwoord. Bij het aangeven dat de burgers van Bre
da zuinig met energie moeten, zijn een stukje
propaganda ten aanzien van deze bezuiniging
was hij echter naar mijn smaak niet positief ge
noeg. Ik geef toe dat de gemeente in het totaal
