24 NOVEMBER 1977. 1605
(Middag)
De Raaff heeft gesproken. Natuurlijk zijn er groe
pen in het ambtelijk apparaat die daar graag aan
meedoen; daar heeft ook de heer Dreef in de commis
sie personeelszaken aandacht aan gewijd. Het gaat
ons er echter om eens een inzicht te krijgen in
het totale overwerk om te bezien of je daarmee op
het werkgelegenheidsterrein niet iets zou kunnen
doen
De heer EISSENS: Als de heer Crul door zijn
collegae bij personeelszaken wordt ingelicht, zal
hij zien dat bij de gemeente over 9.000 overuren
wordt gesproken. Dat betekent dat vier mannen op
een afdeling continu zouden moeten overwerken. Als
u echter ziet dat de overuren over 16 afdelingen
zijn verdeeld, zult u heel gauw tot de conclusie
komen dat dit een oplossing is die geen enkel soe
laas biedt.
De heer CRUL: Ik heb ook gezegd dat het maar
twee kleine voorbeelden zijn, die alleen aangeven,
in welke richting moet worden gedacht. Er zijn na
tuurlijk dingen die in een veel breder opzicht spe
len, onder andere de kwestie van de niet-commerci-
ele dienstverlenende vierde sector die zich aan
dient. Daaraan zijn geweldige financiële problemen
verbonden, maar worden er initiatieven genomen en
gaat men daarop in? Dat is niet het geval omdat
men van oordeel is dat dat het spel van de vrije
krachten in de structuur is. Wij vinden dat je daar
veel meer op moet inspelen.
De heer DREEF: Mag ik een vraag aan de heer
Eissens stellen naar aanleiding van hetgeen hij
zojuist heeft gezegd? Is hij voor overwerk?
De heer EISSENS: U hebt niet goed geluisterd.
Als u denkt dat u een oplossing biedt door het aan
tal overuren terug te nemen en in plaats daarvan
mensen aan te stellen, hebt u in de eerste plaats
te maken met het probleem dat een aantal mensen
