24 NOVEMBER 1977 1685
(Avond)
vitale problemen verbonden, die minder gelegen
zijn in de sfeer van "hoeveel ha onderhoud jij en
hoeveel ha onderhoud ik?" dan in een soort emotio
nele spanning in het beleid binnen de dienst van
beplantingen. Men vraagt zich af wat het betekent
als naast de dienst van beplantingen de B.S.W.B.
werkzaam is en of door het functioneren van de
B.S.W.B. promotiemogelijkheden wellicht worden
verengd. Met betrekking tot al dit soort vraag
stukken kan ik zeggen dat het college naar mijn
volle overtuiging aanstaande woensdag zal gaan be
sluiten dat de problematiek onder leiding van een
daartoe aangewezen ambtenaar, in samenwerking tus
sen de beide functies en gedragen door de beide
functiewethouders, in deze termijn op een rij zal
worden gezet en zal worden uitgepraat. Er is op
dit ogenblik geen reden tot verontrusting, maar
in ieder geval zitten er aan deze materie zo veel
haken en ogen, dat wij er nog niet mee klaar zijn.
De heer Goos heeft zijn werk weer gedaan en
ik ben blij dat ik hem mag beantwoorden. Ik moet
ook hier een "knieval" maken, in dier voege dat
ik heb gezegd en ik heb daar voor op mijn don
der gekregen dat het plan-buitengebied op
31 december in de bus van de raadsleden zal lig
gen, terwijl het in werkelijkheid twee weken later
zal worden. Men krijgt daar dezer dagen een brief
je over. Gisteren is in het college een diepgaan
de bespreking gewijd aan het concept-rapport, dat
per heden aan de stedebouwkundige adviesraad is
verzonden. Binnen een aantal dagen of weken zal
een en ander met de bewonerscommissie worden be
sproken, en, rekening houdend met de opmerkingen,
hopen we omstreeks de jaarwisseling, begin janu
ari met een definitief rapport te kunnen komen,
dat dan in de richting van de raad zal gaan.
Ik ben de heer Goos erkentelijk voor zijn
opmerking dat wij met de bewonerscommissie een
goede communicatie hebben en dat die commissie
goed functioneert. Hoewel ik zijn opvatting deel,
moet ik zeggen dat ik mij te veel lof zou
