1688 24 NOVEMBER 1977
(Avond)
ogenblik een inhoudelijk vooruitlopen op de plan
vorming in het buitengebied. Men weet dat de pro
cedure op dat gebied de heer Goos weet dat nog
veel beter dan ik tijd kost. Ik ben bijzonder
blij met hetgeen onze projectleider in het bui
tengebied met de bewoners heeft besproken. Men is
van mening dat men de route uit moet gaan en de
procedure zal dan ook verder worden vervolgd. Op
1 december aanstaande zal heel merkwaardig: in
Oudenbosch -- een gesprek worden gevoerd met de
gedeputeerde en de hoofdingenieur-directeur van
de landinrichting, om met elkaar weer een formeel
moment in de ruilverkaveling te beleven.
Over de kinderboerderij is naar ik meen in
de commissie voldoende gezegd. De verpachting van
grond in het buitengebied is een technisch onder
werp, zodat het mij niet gewenst lijkt -- ik hoop
dat de heer Goos daar begrip voor heeft -- het op
dit ogenblik te bespreken. De heer Goos heeft ge
vraagd of ik dit onderwerp wil "meenemen" en ik
zou het dan ook bijzonder op prijs stellen als
het een keer in de commissie aan de orde mag wor
den gesteld.
Bijzonder blij ben ik met de opmerking over
"een plan op maat van het landschap". Zonder over
"positief" of "negatief" te spreken vind ik dat
namelijk een betere benadering dan die van de
heer Houben, die, afgezien van zijn opmerkelijke
kwalificatie van Breda-groeistad, steeds over het
"luxe-plan Haagse Beemden" spreekt. Het plan voor
de Haagse Beemden is geen luxe-plan, het is een
plan dat voorziet in de woonmogelijkheden voor de
Bredanaars, ook voor de mensen die sociaal zwak
ker zijn, namelijk in de vorm van sociale woning
bouw. Wij willen een stadsgedeelte tot stand
brengen met een wervend milieu en gebouwd voor
morgen en niet voor gisteren, liggend in een
landschap waarin het de moeite waard is te leven.
Men moet dan ook niet steeds over een "luxe-plan"
spreken. Ik ben het eens met het "houden zo" van
de heer Goos, die gesproken heeft over een plan