1698 24 NOVEMBER 1977 (Avond) inspraakgedachte komt te ontvallen doordat de St.A.R. te kennen geeft zichzelf een andere rol dan het vervullen van een inspraakfunctie toe te kennen, ontstaat er een moeilijke situatie waar we met elkaar over moeten denken. Wat gaat er ge beuren? De door de heer Veelenturf genoemde nota had ons al geruime tijd geleden bereikt. We hebben van het dagelijks bestuur van de St.A.R. groen licht gekregen voor het uitsturen van de nota, die dan ook aan de raadsleden zal worden toegezonden. Het lijkt mij goed dat de raad al over de nota be schikt, voordat het college zich over de naar aan leiding ervan te volgen gedragslijn heeft beraden. Dat we iets met de nota moeten doen, staat boven alle twijfel. Men krijgt de nota op korte termijn in huis en ik zeg toe dat wij te gelegener tijd in verband met de drukte van alledag zal dat niet binnen een maand mogelijk zijn onze mening over de nota, en dus ook over het functioneren van de St.A.R., op een zodanige wijze bekend zullen maken, dat er in de raad over zal kunnen worden gediscussieerd. De problemen bij het projectteam Hoge Vucht, waarop ik tijdens deze begrotingsbehandeling al eerder ben ingegaan, hebben mijn sympathie. Men werkt daar op een bijzonder intensieve manier, waarbij echter intern de volgende vragen rijzen: - moeten we, nadat het projectteam is geëx pireerd, verder? - zo ja, hoe? - acht de raad dat gewenst? - hoe verhoudt zich dat tot het opbouworgaan Breda-Noord? - hoe verhoudt het zich tot de St.A.R.? - wat is de functie en de positie van de ge meenteambtenaren? Inmiddels doet zich ook een probleem in rela tie tot het gemeentelijk functioneren voor. Het projectteam Hoge Vucht heeft zelf vastgesteld dat zijn eerste doelstelling het beleidsplan is; het is bekend op wat voor intensieve manier men daaraan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1698