24 NOVEMBER 1977 1707 (Avond) begonnen Ik dank de heer Houben voor zijn opmerking. Het college heeft vertrouwen in alle directeuren met wie wij werken. Het is de enige niet! De plaats van de sectorbeleidsnota's meen ik duidelijk te hebben gemaakt, zodat ik op dat punt kort wil zijn. Ik vind alle opmerkingen daarover, ook die van de heer Houben, waardevol. De sector beleidsnota's zullen juist door de discussie in de raad moeten uitkristalliseren tot een steeds deug delijker fundament voor ons dagelijks handelen. De hoge prioriteit voor het onderhoud van openbaar groen, neergelegd in de sectorbeleidsnota, is niet alleen door de dienst van beplantingen toe gekend. Men weet de wethouder van financiën heeft daar een uiteenzetting over gehouden dat het college binnen het gemeentelijk gebeuren een zeer hoge prioriteit aan het handhaven van het verzorgingsniveau en het uitvoeren van achterstal lig onderhoud geeft. Dienovereenkomstig wordt ook op het gebied van de beplantingen gehandeld. Tege lijkertijd bestaat de wetenschap dat onderhoud, in welke vorm ook, een zó groot beslag op financiën en personeel bij de dienst legt, dat men het bijna niet meer kan "ophoesten". We zouden haast de vraag moeten gaan stellen of we in de toekomst wel groen kunnen aanleggen als we het niet kunnen on derhouden. Er is gekozen voor een redelijke vorm van onderhoud de contacten met de B.S.W.B. maar in dit verband moet tevens worden gewezen op de, wellicht veel gewraakte, reconstructies die op de lange duur arbeidsbesparend kunnen zijn. Overi gens zal er ondanks arbeidsbesparende maatregelen wel degelijk met machines worden omgesprongen. Als we namelijk bij de dienst beplantingen niet met machines mogen werken, maar het met handkracht, mannetjes en de zeis moeten doen, is de raad niet bij machte de financiële consequenties daarvan te dragen Met betrekking tot het park Vrederust als ge heel is er sprake van urgentie. De heer Houben

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1707