1722 24 NOVEMBER 1977
(Avond)
Bovendien kan men mij met onze ambtenaren niet
verwijten dat er in mijn portefeuille niet aan in
spraak wordt gedaan. We barsten in de inspraak en
ik kan zeggen dat dat verdomd veel tijd, ergernis
en plezier kost.
De discussie wordt gesloten.
De VOORZITTER: Aan de orde zijn de beraad
slagingen over de portefeuille nr. V, economische
zaken, jeugd, sport en recreatie. Ik verzoek u
eerst het woord te voeren over jeugd, sport en
recreatie.
De heer KOERTSHUIS: Nimmer heb ik bij de
voorbereiding van de jaarlijkse begrotingsbehan
deling zo veel moeite gehad als dit jaar, en ik
zal zeggen waarom. Ik ervaar de behandeling, de
onderwerpen die ik naar voren breng, en de discus
sies tijdens de behandeling van de deelbegrotingen
als een gegeven dat zo nodig moet, zeker als daar
de nodige tijd voor is uitgetrokken. Bij mijn
voorbereidingen heb ik moeten zoeken, moeten kie
zen, een welhaast willekeurige greep moeten doen
uit onderwerpen waarvan ik het van het meeste be
lang acht ze tijdens de begrotingsdebatten in het
midden te brengen. Daaruit ontstaat mijn probleem,
omdat alle onderwerpen die ik aan de orde wil
stellen, evenals onze opvattingen daarover, ten
minste reeds één keer, maar wellicht verscheidene
keren tijdens de commissievergaderingen zijn be
sproken. Het college mag dan ook de navolgende
punten een keuze uit al het ter beschikking
staande binnen de sector van jeugd, sport en re
creatie beschouwen als onderwerpen die van on
ze kant nog eens extra onder zijn aandacht worden
gebracht.
Het college moet deze gevoelsuiting niet mis
verstaan. In wezen ligt aan deze ervaring een zeer
positieve oorzaak ten grondslag. In mijn zes- a
zevenjarige periode als gemeenteraadslid heeft de
commissievergadering erg veel aan betekenis ge
wonnen. Kwamen vroeger uitsluitend onderwerpen