24 NOVEMBER 1977 1731
(Avond)
wordt overgebracht.
Ik had de bedoeling te etaleren waarvan ik
namens de burgers in drie en een half jaar de tot
standkoming mede heb mogen helpen verwezenlijken,
zij het bescheiden. Ik doe het niet. Trouwens, el
ke maandag kan men in De Stem lezen wat er in Bre
da in de sportsector gebeurt. Ik heb nooit een en
quête ingesteld op welk voetbalterrein dan ook om
uit te vinden wie daar wel en niet kan samen zijn.
Mijn vaste overtuiging is dat we op de goede weg
zitten, maar, ik weet het, hij is bochtig en steil
Ik hoop dan ook dat wij 1978-1982 verder kunnen
gaan, er niet van afgeduwd worden en geen obstakel
ondervinden
Men stelle zich eens voor dat mijn rode broe
ders en zusters ik denk nu aan Winnetou -- het
volledig voor het zeggen zouden krijgen. Mag ik
dan nog één ding aan hen vragen, misschien wat on
bescheiden? Behoud toch het goede, ploeg geen
sportvelden om, laat geen zwembaden leeglopen,
zaai geen terreinen in voor graan, verplaats geen
speeltuinen, geef alle kinderen de ruimte, wacht
niet op het laatste woord, maar probeer op te pik
ken van nature en dus niet gestructureerd --
wat het juiste woord en het juiste verlangen is.'
Mijn fractie is tevreden over wat tot stand
gekomen is, over de plannen die op stapel staan.
Wij zullen graag onze bijdrage blijven leveren en
gaan moeilijkheden en onbegrip uit de weg. Mijn
heer de voorzitter, ik heb geen vragen. Ik dank u.
De heer BROOIMANS: In de algemene beschouwin
gen van mijn fractievoorzitter zijn jeugd, sport
en recreatie niet of nauwelijks aan de orde ge
weest. Dat betekent echter niet dat mijn fractie
weinig of geen belangstelling zou hebben voor deze
zeer belangrijke zaken. Het betekent veeleer dat
mijn fractie zich goed kan vinden in het door het
college tot nu toe gevoerde beleid. Daarvoor ook
mijn dank aan de functionele wethouder en de
dienst van jeugd en sport.
Ik heb het gevoel in een rijdende trein te