1736 24 NOVEMBER 1977
(Avond)
onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om de tot
standkoming van woonerven te versnellen. Ook vin
den wij het een noodzaak dat de komende deelnota's
met de niet-georganiseerde sporters worden bespro
ken. Ik ben mij ervan bewust dat de daartoe te
volgen procedure zeer moeilijk zal zijn, maar ik
vind dat men dit overleg nauwelijks kan overslaan.
Uit een scriptie van Bastiaanse, De sportieve re
creatie, blijkt dat de sector erg wijk- en buurt
gebonden moet zijn. In grote delen van onze stad
zijn er nauwelijks voorzieningen, hoewel er zeer
veel overdekte accommodatie is. Er zal meer ge
streefd moeten worden naar voorzieningen per wijk,
met daarbij een sociaal trefpunt. Gaarne wil ik
ervoor pleiten het gemeentelijk sportbeleid te
richten op het stimuleren van de recreatiesport,
zowel binnen als buiten verenigingsverband. Hier
toe dient binnenkort een deelnota te worden ont
worpen, teneinde op het gebied van het beleid meer
duidelijkheid te scheppen. Ik vind het prachtig
dat op de bestaande complexen recreatiesport kan
worden bedreven, maar voor vele mensen is er toch
een barrière. Men moet proberen ervoor te zorgen
dat de mensen gewoon in de wijk, in de straat,
recreatiesport kunnen bedrijven, en niet alleen
in verenigingsverband. Op dit punt blijven we met
het college van mening verschillen. Wij vinden
dat zowel in als buiten verenigingsverband recre
atiesport moet kunnen bedreven. Weliswaar zijn er
via de bestaande verenigingen voor de recreatie
sport enige, zij het bescheiden, mogelijkheden
aanwezig, maar wij vinden dat zowel op wijk- als
op buurtniveau aan recreatiesport moet kunnen
worden gedaan
Resumerend stel ik vast dat er wat recreatie
en recreatiesport betreft in Breda nog een groot
terrein braak ligt. Wij vinden dan ook dat het
college deze dingen niet moet afwentelen op de be
staande verenigingenEr moet in de vorm van sub
sidie een extra stimulans worden gegeven. Het ontr
wikkelen van de recreatiesport en de recreatie