1748 24 NOVEMBER 1977 (Avond) zeer belangrijke organisatie voor stad en regio. Verleden jaar is door ons om een beleidsnota ge vraagd, waarbij het college een toezegging heeft gedaan. Dit jaar is daarover een uitspraak van de raad gevraagd; de uitslag is reeds bekend. Voor onze fracties rijst de vraag of wij op deze grond slag nog subsidie kunnen verstrekken, maar het zal voor het college geen probleem zijn als wij "nee" zeggen Over de werkgelegenheid in onze stad willen wij enkele opmerkingen maken, alsmede een voor stel en diverse aanbevelingen doen. Eén van de grootste problemen waarvoor de maatschappij zich op dit ogenblik geplaatst ziet is de werkgelegen- neid. Steeds grotere groepen van de bevolking ra ken door structurele en conjuncturele ontwikke lingen zonder werk. Christ Crul heeft in zijn al gemene beschouwingen al aangegeven hoe een en an der komt, hoe wij daarover denken en wat voor maatregelen er zouden moeten worden genomen. Om wille van de tijd ga ik daar niet verder op in. Het is echter interessant te weten hoe het college erover denkt. Ik heb nog eens nagelezen wat tij dens de begrotingsbehandeling van verleden jaar aan ons adres is gezegd. Als ik lees wat namens het college door de wethouder is gezegd over de visie op de vrije ondernemingsgewijze produktie, participatie, solidariteit enz. dinsdag j.l. is dat zoals ook uit De Stem blijkt weer herhaald - constateer ik slechts dat er op dit gebied niet veel te verwachten is. De rillingen lopen je over de rug als je ziet -- ik kan er uiteraard een klein beetje over meepraten hoe overal in den lande arbeidsplaatsen op de tocht staan. Bij de textielindustrie, bij Philips, bij AKZO, bij de Machinefabriek wil men ontslagen doorzetten en mensen laten afvloeien. Er is toch kennelijk ook weer een stokpaardje in de V.V.D.-stal! De heer VAN DUIJL: Terecht wijst de heer Dreef erop dat er sprake is van een structurele en een conjuncturele werkloosheid. Ik zou echter

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1748