!758 24 NOVEMBER 1977 (Avond) in ieder geval zei hij ook nog dat het C.D.A. blijft staan bij de constatering dat het anders moet Nu is het weergeven van iemands woorden al tijd een beetje gevaarlijk omdat je wellicht iets uit zijn verband haalt. Misschien wil de heer Crul hier nog even op ingaan. Hij heeft ook nog gezegd dat wij er gezamenlijk voor staan de werkloosheid op te lossen. Dat is natuurlijk niet zo'n eenvou dige taak, maar we zitten er in ieder geval voor om ons best te doen. De heer Houben daarentegen fulmineert altijd zo'n beetje tegen de kantorenvestiging. Waarom hij dat doet, weet ik eigenlijk niet. Ik snap dat niet goed, want ook de kantorenvestiging levert een brok werkgelegenheid op. Door de betrokkenen, zowel door de leden van het college als eerst ver antwoordelijken als door de ambtenaren, wordt al het mogelijke gedaan en met succes om be langstelling te kweken voor Breda en accommodaties te creëren. Daarbij is een stuk werkgelegenheid in het geding dat bepaald van grote betekenis is. Op de economische zaken als geheel is door mijn collega Veelenturf en anderen al uitgebreid ingegaan, zodat ik mij nu wil beperken tot de BRIM. We zijn het er allen over eens dat we iets aan de werkgelegenheid moeten doen. Ik ben echter met zorg vervuld, omdat naar ik meen instandhoud ding van de werkgelegenheid volgens allerlei rap porten erop neerkomt dat we per jaar 1.100 arbeids plaatsen moeten creëren. De wethouder heeft er zeer terecht op gewezen dat er nogal wat tot stand is gekomen. Men heeft, wat in jaren niet is voor gekomen, bijna 11,5 ha aan industriegebied kunnen slijten, aan 37 bedrijven, zij het dat een groot aantal van die bedrijven reeds in Breda gevestigd waren; ontplooiing was voor die bedrijven echter minder goed mogelijk. We zullen ook open moeten staan voor vestigingen die van elders komen. Dit betekent dat wij daarvoor de mogelijkhe den moeten kunnen bieden. Ik heb de dingen eens

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1758