1845 25 NOVEMBER 1977.
(Middag)
het is ook geen belangrijk bedrag. Als wij in de
cultuurnota uitspreken dat er een prioriteit is
ten aanzien van taak, plaats en functioneren van
de kunstenaar en als men dan anderzijds wil hakken
in de cultuurprijs, die er juist op is gericht de
kunstenaar te stimuleren iets te gaan doen, dan
meen ik dat wij toch op de verkeerde weg zijn. Ik
heb al over de Grote Kerk gesproken en het is ook
de bedoeling een medewerker voor de artotheek aan
te stellen. Ik zit er vreselijk mee als deze kwes
ties nu via deze amendering de vernieling in wor
den gejaagd. In de cultuurnota is gesteld dat wij
een artotheek nodig hebben, omdat het één van de
middelen is om de beeldende kunst meer in de samen
leving te integreren en mensen die nog nooit met
kunst in aanraking zijn gekomen daarmee te confron
teren. Wij hebben de artotheek integraal in het
nieuwbouwplan van de bibliotheek opgenomen, de
raad heeft de vorige week een bedrag van
80.000,voor de inrichting daarvan goedge
keurd en als nu puntje bij paaltje komt en er een
man nodig is om de decentralisatie van het gemeen
telijk kunstbezit in het algemeen en in de arto
theek in het bijzonder, de uitlening aan particu
lieren, aan instellingen en aan bedrijven gestalte
te geven, zou dat dan niet kunnen doorgaan.
Ten slotte de verbouwing van de archiefdienst
Het is wettelijk onze taak de archieven naar be
horen op te slaan en te verzorgen. Ik heb naar ik
meen in de commissie cultuur al gezegd dat wij van
de provinciale archiefinspecteur te horen hebben
gekregen dat de huidige accommodatie niet voldoet
aan de wettelijke criteria te dien aanzien. Dan
moet je er ook voor zorgdragen dat het wel goed
gebeurt en vandaar dat wij 55.000,hebben
uitgetrokken om de voorziening zodanig aan te pas
sen dat wij weer een aantal jaren vooruit kunnen,
in de wetenschap dat wij niet over het geld be
schikken om nieuwbouw voor de archiefdienst te
plegen. Daarvoor is in de begroting dus 8.900,-
uitgetrokken.