1847
houden
25 NOVEMBER 1977.
(Middag)
De heer VAN DEN WIJNGAARD: Ik wil de wethou
der graag danken voor de uitvoerige beantwoording
van onze vragen. Vooraf wil ik de wethouder zeggen
dat wij maandelijks een commissievergadering heb
ben met twee vaste agendapunten per bedrijf, name
lijk de mededelingen door de voorzitter en de
rondvraag. Wij maken er beiden regelmatig gebruik
van en zo varen wij verder. Laten wij hier dan af
spreken dat wij deze gang van zaken blijven voort
zetten, want dan zullen wij bijtijds worden inge
licht en zal ik mijn vragen kunnen stellen.
Over varen gesproken, de wethouder is de ka
pitein van het schip dat de naam openbaar slacht
huis Breda draagt. Het vaart momenteel in woelig
water, het vaart nu nog in de goede koers met me
dewerking van de hele bemanning en dat zijn vol
gens mij medewerkers, gebruikers en de raadscommis
sie. De kapitein dient echter bijtijds met de be
manning te overleggen opdat het schip de goede
koers blijft houden en de veilige haven op tijd
kan bereiken. Dit is mijn hartewens.
Met betrekking tot de tarieven zou ik het
volgende willen zeggen. De wethouder heeft een be
toog over de conjuncturele en structurele bestem
mingen ter zake van de varkenslijn gehouden, maar
het is toch simpel. De wethouder heeft gezegd dat
de bedragen zo hoog zijn door de kapitaallasten
van de runderlijn, maar wat belet hem de boekhou
ding op een zodanige wijze in te richten dat per
kilogram produkt hetzelfde vaste bedrag aan kapi
taallasten op ieder der beide lijnen drukt? Dan
zal er misschien een ander getal uitkomen, maar
daarover wil ik graag met de wethouder discussi
ëren, want het is geen verboden terrein. Conjunc
turele schommelingen ebben wel weg en daaraan be
hoeft niets te worden gedaan. Structureel gezien
is het opmerkelijk dat het aanbod van runderen in
de laatste tien jaar nagenoeg stabiel is gebleven.
Het aanbod voor de varkensslachtlijn is nog steeds