1853 25 NOVEMBER 1977.
(Middag)
gelegenheid bezig was. Ik sta er echt versteld van.
De VOORZITTER: De heer Van Duijl heeft al in
tweede termijn gesproken.
De heer VAN DUIJL: Ik wil wel graag een inter
ruptie plaatsen.
De VOORZITTER: Dat kan eigenlijk niet meer,
want het is afgeslagen.
De heer VAN DUIJL: U gaf mij niet de gelegen
heid een interruptie te plaatsen.
De VOORZITTER: Die tijd is nu mijns inziens
voorbijDe tweede instantie is afgesloten en het
voord is aan wethouder Sandberg.
Wethouder SANDBERG: Ik moet inmiddels alweer
een nieuwe pet kopen, want ik ben door de heer Van
den Wijngaard bevorderd tot kapitein ter grote
vaart. Ik ben best bereid nog eens iets aan mijn
zwemmen te gaan doen, maar ik zou wel met betrek
king tot het slachthuis tegen de heer Van den Wijn
gaard willen zeggen: varen met de hele bemanning
akkoord, maar er moet volstrekte duidelijkheid zijn
over de haven waar wij naar toe koersen en ik hoop
dat die haven voor ons "continuïteit van het be
drijf" heet. Als wij nu maar daarnaar toe varen,
ben ik het helemaal met de opmerking van de heer
Van den Wijngaard eens.
Met betrekking tot de tarieven voor de runder
en varkenslijnen kun je natuurlijk boekhoudkundig
de kapitaallasten gelijkelijk over beide lijnen
omslaan, maar het is de heer Van den Wijngaard er
mijns inziens meer om te doen het varkensaanbod
is stijgend en in de rundersector is een zekere
stabiliteit via een soort van gestaffeld ta
rief, dat het rijk nu bij de keurlonen gaat hante
ren maar dat overigens niet landelijk voor de
slachtsector is voorgeschreven, mogelijk iets sti-