25 NOVEMBER 1977. 1876 (Avond) daarbij aan een voorstel, maar aangezien voor de andere fracties de tijd van voorbereiding ten aan zien van de andere voorstellen klaarblijkelijk al erg gering was, leek het ons verstandig maar niet met een voorstel te komen, dat op grond van andere argumenten al niet meer ter sprake zou kunnen komen, maar ons standpunt in de vorm van een motie neer te leggen. In deze motie wordt verzocht bij het be studeren van de onroerend-goedbelasting in 1978 ex pliciet de belastingvrije voet mee te nemen. Onge veer half mei, als de eerste aanzetten voor de be groting zijn uitgewerkt, wensen wij van het colle ge hierover een notitie te ontvangen. Vervolgens vragen wij om een expliciete raadsbeslissing op 1 november of daaromtrent, wanneer de begroting aan de orde is. De motie leek ons zo eenvoudig en zij lijkt zo veel op het oorspronkelijke voorstel dat wij haar niet eerder naar de andere fracties hebben gestuurd. Tenslotte wil ik nog een korte opmerking in de richting van de heer Peeters en het C.D.A. ma ken. In de commissievergadering is uitvoerig ge steld dat wij de methodiek van de meerjarenbegro ting toejuichen en dat wij met de invulling van de vrije ruimte voor de komende vier jaar grote pro blemen hebben. Het is jammer dat wij, hoewel wij in de commissie daarover duidelijkheid hebben ge schapen, hier dezelfde verwijten weer krijgen. Ik moet daar in feite weer op dezelfde manier op rea geren. Ik wil daarbij nog zeggen dat de meerjaren begroting zoals die nu is gepresenteerd ook voor ons bij de omtwikkeling van het programma van grote waarde is en dat wij hierdoor inderdaad zakelijker met elkaar kunnen gaan praten. Dat is een voordeel, maar het belangrijke nadeel dat wij in de commis sie hebben genoemd is dat dit college via het opne men in de meerjarenbegroting van allerlei zaken die beloftes doen aan de burgerij beloftes doet die het niet helemaal kan waarmaken na 1978. Poli tieke partijen als het C.D.A. en de V.V.D. kunnen wel zeggen dat zij N.A.C. willen gaan subsidiëren,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1876