1923 25 NOVEMBER 1977.
(Avond)
Men doet het niet snel goed en dat zal ook wel s
nooit kunnen, omdat het personeelsbeleid mede af- h
hankelijk is van maatschappelijke, economische en
politieke ontwikkelingen. n
Alleen al die laatste ontwikkelingen brengen v
met zich dat een gemeenschappelijke opvatting over b
goed personeelsbeleid bijna niet kan worden be- g
reikt, zeker niet bij een collegesamenstelling zo- i
als we die nu kennen. Als de heer Crul spreekt over 1
het bevorderen van de werkgelegenheidsaanpak bin- d
nen de gemeente, spreekt niet hij maar de indus- z
triebond F.N.V. die in de beleidsnota bij de v
C.A.O.-1978 dezelfde onderwerpen aan de orde stelt. v
Gezien de contacten tussen de gemeente en het ge- p
zamenlijk overleg waarin de ambtenarenbonden zijn z
vertegenwoordigd, vind ik het een taak van dit or- v
gaan om tot een in gezamenlijke verantwoordelijk- k
heid gedragen opvatting te komen, ook met betrek- b
king tot het werkgelegenheidsprobleem binnen de ge- d
meente. Gezien het besloten karakter van de commis- t
sie personeelszaken en het gemeentelijk overleg b
zijn er weinig mogelijkheden om aan de Bredase bur- m
gers te laten zien hoe dit beleid tot stand komt
en wat de rol van de politieke partijen daarin is. p
Ik kan wel zeggen dat daar sprake is van een vrij e
eensgezinde manier van werken, wat niet in de laat- h
ste plaats is te danken aan ons mederaadslid Jonge- g
neel, die helaas in deze commissie voor een ander d
plaats heeft moeten maken. v
Een flauwe afspiegeling van dat beleid kan men w
terugvinden in het eerste jaarverslag van de afde- t
ling personeel van de gemeente dat op ons initia- d
tief werd ontwikkeld, wat de instemming van de hele v
commissie had. Ik spreek van een flauwe afspiege- g
ling, omdat dit verslag mijns inziens nog te veel k
cijfers en te weinig onderbouwde beleidsuitgangs
punten bevat. Daarenboven gaat het naar mijn mening b
niet in de eerste plaats om een inzicht in de cij- b
fers en activiteiten van de afdeling personeel. De b
afdeling personeel is namelijk slechts een uitvoe- d
rend orgaan van het college. Een belangrijker doel- 1
