15 DECEMBER 1977
2003
doorzien
Wethouder VAN DUN: U heeft het niet doorzien?
De heer CRUL: Neen, de fractieleden die deze
bespreking hebben meegemaakt hebben het niet door
zien. Zij zijn later in de fractie met deze kwes
tie naar voren gekomen en daarover hebben wij met
elkaar gepraat. Wij hebben tot gisteren mede aan
de hand van de ter visie gelegde stukken gestu
deerd op de gang van zaken sinds 1972. Ik vind dat
je dan hier in de raad met deze vragen moet kunnen
komen en dat de wethouder daarop antwoord moet ge
ven, want daarvoor zit hij hier immers en daarvoor
wordt hij toch betaald.
De VOORZITTER: Wil de heer Van Dun er nog iets
over zeggen? Anders zou ik de raad hierover om een
uitspraak willen vragen.
Wethouder VAN DUN: Ik heb mijn tweede termijn
gehad.
De VOORZITTER: Dan wil ik aan de raad en in
het bijzonder aan de heer Crul vragen welke de con
sequenties zijn van zijn stellingname. Naar ik
meen is het in ieder geval niet zo, dat wij iets
in principe kunnen aanvaarden. Wij aanvaarden een
voorstel, zoals het hier op tafel ligt. Wellicht
kan later nog eens over deze vraagstukken worden
gesproken, maar dat kan ik op dit moment niet over
zien. Ik zou u willen adviseren dit voorstel te
aanvaarden, met alle afspraken die daarna eventu
eel nog te maken zijn.
De heer CRUL: Wij hebben er geen bezwaar te
gen dit voorstel te aanvaarden. Wij hebben de toe
zegging van de wethouder, dat over de onderbouw
van de zaak op korte termijn te spreken valt, goed
gehoord.
Wethouder VAN DUN: Waar hebt u mij dit horen
zeggen?
De heer CRUL: Misschien is het dan toch goed