202 22 MAART 1977 kunnen die dan op een andere wijze vervullen. Wij menen dat in deze situatie eenzelfde redenering kan opgaan. Een aantal leden van de Federatie van Fracties zal dan ook tegen het voorstel stemmen. De heer VAN ASSELDONK: Ik zal graag horen of hieruit renteverlies voor de gemeente kan voort vloeien en hoe dat in de toekomst wordt verrekend. Ik weet niet of daarvan inderdaad sprake is, want ik ben een leek op dit gebied. Wethouder VAN DUN: Ik hoop dat u mij ontslaat van de verplichting om met de heer Hendriksen in discussie te treden over de stemmotivering van een aantal leden van de fracties van de Partij van de Arbeid en de P.P.R.die dit voorstel voor de Houtmarkt aan het vervullen van de dienstplicht koppelen; ik geloof dat wat dat betreft iedereen een eigen verantwoordelijkheid draagt. Op de zakelijke vraag van de heer Van Assel- donk kan ik zeggen dat er voor de gemeente niet van enige rentederving sprake kan zijn. Het rijk betaalt voorschotten en omdat die meer zijn dan de concrete uitvoering van de werken kost zou je kun nen zeggen dat wij daar rentewinst op boeken. Al leen op de laatste 20 zullen wij conform de be talingsregeling enig renteverlies hebben, maar dat wordt in ruime mate gecompenseerd door de voor schotten die wij krijgen. De VOORZITTER: Als de heer Hendriksen daarmee akkoord gaat lijkt het mij goed dat wij de discus- sie die over dit onderwerp in zijn fractie is ge voerd thans niet verder voortzetten. Voor de dui delijkheid lijkt het mij goed dat wij nu tot stem ming overgaan. Hierna wordt het voorstel van burgemeester en wethouders in stemming gebracht en met 26 tegen 2 stemmen aangenomen. VOOR stemmen de heren Broeders, Van Graafei land en Van Duijl, mevrouw Muntjewerff-van den Hul,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 202