15 DECEMBER 1977
2039
opmerking, dat het een permanente discussie tussen
met name de P.v.d.A.-fractie en het college zal
zijn, enigermate verkeerd interpreteert. Mijns in
ziens ligt daaraan een interpretatieverschil ten
grondslag over de aard en doelstelling van de
Haagse Beemden en het tempo waarin de realisering
zich moet voltrekken, zonder de problemen ten aan
zien van - ik zeg dit nogmaals - het normale be
sturen van de stad, de kwaliteit en de financiële
problematiek van de Haagse Beemden in deze be
sluitvorming te vergroten. Dit is namelijk geens
zins de bedoeling. Het besturen van de stad geeft
een stuk verantwoordelijkheid aan de raad en aan
het college. Vanuit deze optiek en tegen de achter
grond van de besluitvorming van de raad is de
Haagse Beemden een zeer belangrijk gegeven, niet
alleen wat de kwaliteit en de financiële problema
tiek betreft, maar ook met betrekking tot het tem
po waarin wordt gebouwd. Zoals u weet moet op een
bepaald moment - hoewel het hiermee niet alles te
maken heeft - worden gezegd dat, wanneer wij de
Haagse Beemden ook in tijd laten verslonsen, het
gewoon te laat is in de gehele uitleg van Breda,
het stadsgewest en West-Brabant. Dat wil dus niet
zeggen dat wij door het hanteren van dit tempo -
dat erin moet blijven - tekort willen doen aan het
inzicht van de raad. Dan wil ik nogmaals stellen
dat wij in de eerste plaats hier handelen conform
het door de raad goedgekeurde structuurplan en dat
de raad alle vrijheid heeft straks het bestemmings
plan naar eigen waarde te beoordelen, dat het
voorstel zich verhoudt met de financiële exploita
tie die aan de raad is getoond en dat het zich ook
afspeelt binnen de financiële contouren die daar
voor door het rijk zijn vastgesteld. Als door mid
del van een toegift in deze discussie nog wordt
geprobeerd gedeputeerde staten de puntjes op de
"i" te doen zetten, dan past het ons mijns inziens
zeker niet daaraan op dit moment een bepaald waar-
de-oordeel toe te kennen. Naar ik meen is dat wat
moeilijk.