22 MAART 1977
221
van het hele project gedurende de komende tien
jaar en de kostenstijging die hiervan het gevolg
zal zijn.
Er is gesproken over een eventuele "groei
stadsubsidie". In onze niet aflatende ijver om
waar zulks mogelijk is subsidie te verkrijgen, zul
len wij de mogelijkheden natuurlijk bekijken, maar
van enige kans op subsidie is ons in dezen niets
bekend. Hoewel we, als er een gaatje te vinden is,
graag iets in deze richting zullen ondernemen,
durf ik al bijna te zeggen dat de pogingen waar
schijnlijk op niets zullen uitlopen.
Over de relatie met Prinsenbeek heb ik al ge
sproken, waarbij ik iets heb gezegd over een pro
ject van drie maanden waarvoor van te voren een
kostencalculatie kan worden gemaakt.
Wanneer men de bewoners van de Haagse Beemden
zelf hun eigen aansluitkosten zou laten betalen,
zou zich dat op geen enkele wijze verdragen met de
optiek waarmee wij tot dusverre Casema hebben be
naderd. Op die manier zouden voor nieuw te bouwen
woningen aansluitkosten moeten worden betaald naar
gelang van het jaar waarin die woningen zijn aan
gesloten. Voorts zou het afschrijven van de netten
die in Breda het eerst zijn gelegd, leiden tot een
tariefstelling die uitsluitend op de in het geding
zijnde wijk betrekking zou hebben. Dit zou zich
ganselijk niet verdragen met de procedure die we
tot dusverre met Casema zijn overeengekomen, ter
wijl het bovendien niet in overeenstemming zou
zijn met het principe "gelijke dienstverlening te
gen gelijke betaling".
De vergelijking met een huurcontract, die de
heer Martens aan het slot van zijn betoog heeft
gemaakt, vind ik eigenlijk wel zo duidelijk. Iemand
die op dit ogenblik een object huurt, kan van de
verhuurder niet eisen dat deze mededeelt hoe de
huursom er over tien jaar uit zal zien. Wanneer de
huurder een vraag in die richting stelt, zal de
verhuurder antwoorden dat zij een en ander jaar
lijks gezamenlijk zullen bekijken, hetgeen dan al