22 MAART 1977
233
voortdurend met de problematiek bezighoudt en dat
er op 24 december j.l. een brief van de directeur
openbare werken is uitgegaan over inventarisatie
in de Spoorbuurt. We hebben er alle vertrouwen in
dat ook het college de binnenstad prioriteit geeft,
maar we zien in dat het erg moeilijk is in dit
aankoopprogramma prioriteiten aan te geven. Met de
motie zijn we het dan ook niet eens.
De heer CRUL: Verleden jaar is in de raad een
bijna identieke discussie gevoerd. Van onze kant
wordt steeds aangevoerd dat het vaststellen van
het aankoopprogramma een beleidskwestie is, een
stelling die overigens verleden jaar niet is be
streden. Als je bepaalde activiteiten wilt uitvoe
ren, moet je daarvoor bepaalde voorzieningen tref
fen en tot die voorzieningen behoort het aankopen
van panden en alles wat daarmee samenhangt. Uit
het "oranje boekje", dat het college naar ik meen
met enige trots aan ons heeft toegezonden, blijkt
dat er allerlei plannen te verwachten zijn, ook op
het gebied van de versterking van de woonfunctie.
Ook de C.D.A.-fractie heeft te kennen gegeven dat
zij daar prioriteit aan geeft en ik begrijp dan
ook niet dat men in de commissie niet op grond
van de gedane uitspraken en de gezamenlijke prio
riteitsgedachte wil spreken over de vraag wat er
in het aankoopprogramma zou moeten worden opgeno
men, Dit zou een normale gang van zaken moeten
zijn. Natuurlijk moeten er, ook ten opzichte van
de hogere overheden, -- de wethouder heeft dat
aangegeven bepaalde spelregels worden gevolgd,
maar naar onze mening belet niets de raad en het
college om aan bepaalde punten van de lijst voor
rang te geven; we zien niet in waarom deze punten
niet tussen de punten zouden kunnen komen waarover
de raad een bepaalde beslissing heeft genomen.
De heer TEN WOLDE; Tijdens de raadsvergadering
van 8 maart 1976 is de woonfunctie van de binnen
stad aan de orde geweest. De V.V.D. heeft toen
duidelijk te kennen gegeven dat het haar bedoeling