22 MAART 1977
237
niet dat dat is gezegd, maar vervolgens komt de
vraag aan de orde op welke wijze tot versterking
van die woonfunctie kan worden gekomen. Er is een
x aantal methodieken, bijvoorbeeld de toepassing
van artikel 56 van de woningwet, waarop de heer
Ten Wolde heeft gewezen en in verband waarmee ik
kan aankondigen er is vaak naar gevraagd dat
in de volgende raadsvergadering een not.a van het
college van burgemeester en wethouders over dat
onderwerp aan de orde zal komen. Een ander instru
ment is het aanmerken van bepaalde gedeelten van
de binnenstad als rehabilitatie-gebied. Er zijn
honderdenéén instrumenten en één daarvan is het
komen tot een aankoopprogramma voor de binnenstad.
Nu heb ik begrepen dat de heer Crul bedoelt dat
het één op het ander moet worden geënt en dat in
het kader van de versterking van de woonfunctie
alle aankopen in de binnenstad in het vanavond ge-
etaleerde programma prioriteit moeten krijgen. Dit
gaat ons evenwel te ver, in de eerste plaats omdat
het de vraag is of je door aankopen in de binnen
stad de woonfunctie versterkt. Zonder vervelend te
willen zijn herinner ik eraan dat mevrouw Van
Rooij in de raad eens iets heeft gezegd over een
artikel van Max van den Berg waarin deze tot de
conclusie komt dat aankopen zonder meer geen op
lossing vormt. Ik geloof dat we het daar allemaal
over eens zijn en ik meen dan ook dat de motie op
dat punt te ver gaat. In de tweede plaats gaat het
ons te ver, gezien de scala van beleidsvoornemens
die we hebben, tot de uitspraak te komen dat aan
kopen voor de binnenstad in het aankoopprogramma
prioriteit genieten.
Het gedane voorstel is ons sympathiek, men
ziet dat ten behoeve van de binnenstad het een en
ander in het aankoopprogramma is opgenomen, maar
het gaat mijevenals de heren Ten Wolde en Lam-
brechts, te ver als absolute prioriteit wordt op
geëist. Dit is niet reëel, het getuigt niet van
werkelijkheidszin en het is niet uitvoerbaar.