22 MAART 1977
241
mevpouw Muntjewerff te aanvaarden.
De heer LAMBREGTS: Ik wil onze mening over de
motie geven, waarbij ik eens zou willen nagaan wat
het begrip "zij- en achtertuinen" in de praktijk
nu eigenlijk inhoudt. Het gaat vaak om kleine
stukjes grond die niet direct functioneel zijn
maar wêl een functie in het openbaar groen hebben.
In de motie is alleen sprake van zij- en achter
tuinen, maar wanneer men de situatie ter plaatse
beoordeelt, ziet men dat er vaak tuinen in verge
lijking met andere tuinen worden rechtgetrokken of
veranderde situaties weer in orde worden gebracht.
Dit brengt mij op de opmerkingen van de wethouder
over de grondpool, die al jaren functioneert en
waar een aantal bestemmingsplannen in verwerkt is
met diverse vastgelegde bestemmingen. In deze raad
merken wij geregeld dat bestemmingen aan verande
ringen onderhevig zijn en het gebeurt dan ook dat
stukjes grond "achterblijven", zoals ook uit het
ter tafel liggende voorstel van burgemeester en
wethouders blijkt. Een andere dienst dan de dienst
openbare werken heeft zijn bezorgdheid erover uit
gesproken, of voor een aantal gronden die nu in de
grondpool zijn opgenomen, de bestemming kan worden
gehandhaafd. Hiermee wil ik aangeven dat er op dit
gebied van alles in beweging is en dat het onver
mijdelijk is dat men met deze kleine stukjes grond
blijft zitten. Het getuigt dan ook volgens mij van
een goed "koopmansoog" als men die terreintjes op
de tot. nu toe gebruikelijke manier aan de man
brengt. Daarnaast wijs ik op het plezier dat men
de kopers op deze manier vaak doet.
De wethouder heeft over het onderhoud gespro
ken en gezegd dat de dienst beplantingen door de
verkoop van de hier besproken stukjes grond duide
lijk wordt ontlast. Gezien het beschikbare budget
zullen we moeten roeien met de riemen die we heb
ben en ik acht het argument van het onderhoud dan
ook van belang. Ik wijs er nog op dat ons op korte
termijn een rapport van de dienst beplantingen is