262 14 APRIL 1977 de voorstellen staat, zou ik er vooraf deze mede deling over willen doen. De heer VAN DONGEN: De voorstellen die als de punten 8, 9, 10 en 11 op de agenda staan, vor men weer een belangrijke bijdrage tot de verbete ring van het leefmilieu in de betrokken wijken. Het geheel zal voor de bewoners aantrekkelijker worden. De bewoners hebben hun verlangens en wen sen kenbaar gemaakt en hiermede is rekening ge houden, een gang van zaken die van groot belang is. De voorgenomen activiteiten zijn voor onze stad gunstig, want door kleine dingen wordt het welzijn dikwijls vergroot. Toch wil ik namens on ze fractie de aandacht voor vier punten vragen. Allereerst iets over de Gerardus Majella- buurt. Het is bekend dat in het kader van de ar tikel 19-procedure door het college van gedepu teerde staten geen verklaring van geen bezwaar is afgegeven. Dit vertraagt het goede en prettige wonen voor de betrokkenen aanmerkelijk. Het is zelfs de vraag of de plannen wel zullen kunnen worden uitgevoerd. Aangezien de in het voorstel bijlage nr. 124 genoemde speelvoorziening in ver band met het geheel van de plannen voor de Gerar dus Majellabuurt moet worden gezien, is het niet denkbeeldig dat deze voorziening te zijner niet voldoende bij de eventuele nieuwe plannen blijkt aan te sluiten. Wij zouden het college willen vra gen hier attent op te zijn. Een tweede punt. Wij moeten ervoor waken misschien zeg ik het wat grof of wat ongenuan ceerd dat het buiten mooier wordt dan binnen. De omgeving van een woonbuurt is enorm belangrijk maar ook aan het wonen zelf moet de nodige aan dacht worden geschonken. In het bijzonder in de Gielis Beijsstraat zou een discrepantie kunnen ontstaan tussen het mooie buiten en het minder mooie binnen. Ten derde: wij hebben begrepen dat deze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 262