310 14 APRIL 1977 ongeconditioneerd toepassen van artikel 56 voor te alle categorieën woningen is ongewenst, want juist r: door de differentiatie, door de beperkte toepas- De sing in de goedkope sector, kan de woonfunctie in oi de binnenstad worden ondersteund, zoals de bedoe- u: ling van de aanvraag in het kader van artikel 56 de is geweest. Hiermee in strijd is een uitspraak die kc de heer Houben blijkens het raadsverslag in de tc vergadering van 8 maart 1976 heeft gedaan, name- oj lijk dat juist toepassing van artikel 56 op de to- gc tale hoeveelheid de woonfunctie zou kunnen ver- dc sterken; juist de woonfunctie in de goedkope cate- tj gorieën in de binnenstad behoeft immers sterke on- dc dersteuning. Wij zien nog steeds artikel 56 in het hc licht van oneigenlijke toepassing voor een beleid lc op het gebied van de ruimtelijke ordening, zoals pc de heer Houben die terecht in de overwegingen be- zc trekt. De motie nr. 2 van de heer Houben kan onze Dj fractie dan ook niet onderschrijven. s1 In de eerste motie wordt het verzoek gedaan zc de beperking tot goede en goedkope woningen te pi schrappen. Ik verwijs naar mijn toelichting bij motie nr. 2, want voor motie nr. 1 geldt hetzelfde yc argument, namelijk dat uitbreiding van artikel 56 Rc ongewenst is, aangezien we, zoals ik in eerste in- si stantie heb gezegd, dit artikel met de nodige dl voorzichtigheid moeten hanteren. Persoonlijk ge- be loof ik maar die opvatting heb ik niet in de zc fractie getoetst dat toepassing van artikel 56 nj op de duurdere complexen niet noodzakelijk is. Het XI gaat dan namelijk öf om historische panden in de st directe binnenstad met een sterke functie, öf om <x€ kantoorgebouwen waarvoor het "goed en goedkoop" t3c niet in woontechnische maar wel in bestemmings- le technische zin niet zou gelden. Aan de beide Ti moties, waarin wordt gepleit voor uitbreiding van W6 de toepassing van artikel 56, heeft mijn fractie geen behoefte. ni Wethouder VAN DUN: Ik meen vrij kort te kun- m£ nen zijn. Het betoog van de heer Houben begrijp ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 310