330
14 APRIL 1977
organisaties op wijk- en buurtniveau uitstekend
werk wordt verricht,
spreekt als zijn mening uit dat
a) het gemeentelijk sportbeleid zeer speciaal ge
richt moet worden op het stimuleren van de ver
dere inbouw van het sportgebeuren in het totale
welzijn van wijken en buurten
b) met betrekking tot het hiertoe te voeren beleid
binnen korte tijd een deel-beleidsnota ontwor
pen en door de raad vastgesteld dient te wor
den.
MOTIE 4
De gemeenteraad van Breda,
in vergadering bijeen op 14 april 1977,
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders
met betrekking tot het sportbeleid 1976 - 1985,
gehoord de diskussies rond dit onderwerp,
overwegend
dat het sportbeleid gestoeld dient te zijn op een
goede kennis van de feitelijke ontwikkelingen met
betrekking tot sport in Breda,
dat deze ontwikkelingen vaak slechts ten dele een
landelijke trend volgen,
spreekt als zijn mening uit dat
a) tenminste elke vier jaar onderzoeken dienen
plaats te vinden naar de feitelijke ontwikke
lingen in de georganiseerde en niet-georgani-
seerde sport,
b) het sportbeleid door de uitkomsten van deze
onderzoeken moet worden bijgestuurd.
MOTIE 5
De gemeenteraad van Breda,
in vergadering bijeen op 14 april 1977,
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders