14 APRIL 1977
341
Voor zover onze informaties strekken, zijn sommige
van de bovengenoemde verenigingen al van het sport
terrein Wisselaar vertrokken. Kan de wethouder in
dit verband mededelen of het preadvies over Wisse
laar op korte termijn zal komen? Uit informatie
van fractiegenoten en uit de verslagen van de com
missie jeugd en sport die ik toegezonden krijg is
mij gebleken dat wordt verwezen naar de commissie
maatschappelijke dienstverlening, maar in die com
missie, waarvan ik deel uitmaak, is niets over ver
traging op dat gebied gezegd. Ik zou het college
willen vragen hierover een mededeling te doen.
Wethouder VAN GRAAFEILAND: Aan de orde is een
nota die in ieder geval door het C.D.A. en de
V.V.D. wordt onderschreven en waarbij van de zijde
van P.v.d.A. en P.P.R. de nodige kritische kantte
keningen worden gemaakt. In een dergelijke situa
tie heb je altijd de neiging nogal veel aandacht
te besteden aan de kritiek en de opmerkingen van
de overige sprekers nogal summier af te doen. Ik
hoop dat mij dat niet overkomt.
De heer Lambregts heeft het belang van het
sportbeleid in het kader van de welzijnsbeleving
aangegeven, waarmee hij zijn adhesie heeft betuigd
aan hetgeen het college in de nota tot uiting
heeft willen brengen. Zijn dank aan degenen die
aan de totstandkoming van de nota hebben meege
werkt zal ik graag overbrengen aan de dienst jeugd
en sport.
De bij de totstandkoming van de nota gevolgde
procedure is uitgebreid aan de orde geweest in de
commissievergadering. De heer Martens heeft die
procedure ter discussie gesteld; ook de heer Lam
bregts is erop ingegaan, waarbij hij uitgebreid
heeft geschetst wat er allemaal is gebeurd om te
proberen iedereen bij de hearings en de informatie
over de nota te betrekken. Wij zijn van mening dat
er een goede procedure is gevolgd en dat de proce
dure goed is gelukt, zodat wij het niet met de
heer Martens eens zijn dat er mogelijkheden zouden